Een nieuw project (Spongeworks) van 15 miljoen euro, gefinancierd door het Horizon Europe Programma van de Europese Unie gaat in september 2024 van start. Het doel van het project is de gezondheid van de Europese landschappen te blijven waarborgen en dan voornamelijk om water vast te houden en te bergen. Overstromingen en droogte worden zodoende voorkomen. Onderzoekers van de UT uit de faculteiten ET en BMS doen o.a. onderzoek naar de samenwerking tussen partijen.
Europa warmt twee keer zo snel op als de rest van de wereld. Extreme weersomstandigheden worden steeds acuter. Sinds 1980 hebben overstromingen in Europa geleid tot meer dan 4300 doden en meer dan 170 miljard euro economische schade. Een belangrijke factor die bepaalt of deze kosten in de toekomst worden beperkt of verergerd, is de gezondheid van Europese landschappen en hun vermogen om water vast te houden en te bergen. Hoewel natuurlijke oplossingen steeds meer geaccepteerd worden als een duurzame aanpak om de veerkracht en de waterretentiecapaciteit van landschappen te verbeteren, zijn er nog steeds grote hindernissen die een grootschalige toepassing in de weg staan.
De onderzoekers van de UT onder leiding van dr.ir. Joanne Vinke-de Kruijf richten zich op een aantal concrete vragen. Welke hulpmiddelen en methodieken dragen bij aan het vinden en implementeren van oplossingen die effectief, integraal en rechtvaardig zijn? Hoe kunnen partijen samen toewerken naar een nieuw soort landschappen? Het Designlab van de UT coördineert de samenwerking tussen de partijen in het Nederlands-Duitse Vecht stroomgebied.
Spongeworks: Co-creating and upscaling Sponge Landscapes by Working with Natural Water Retention and Sustainable Management
Voor de Nederlandse bijdrage werken Waterschap Vechtstromen, Deltares en de UT in het project samen met internationale partners aan de vraag hoe je grootschalige veranderingen teweeg brengt om de veerkracht van grondwater-, bodem- en oppervlaktewatersystemen op landschapsschaal te verbeteren voor mens en natuur.
Het project implementeert een verscheidenheid aan 'spons'-maatregelen, variërend van verschillende soorten landbouw- en bredere beheerspraktijken, het creëren van heggen, bufferstroken en infiltratievijvers, tot het herstellen van rivieren en veengebieden en het opnieuw vernatten van bossen, uiterwaarden en graslanden. Deze maatregelen zullen worden geëvalueerd op hun vermogen om de gezondheid van de bodem en de natuurlijke waterretentie te verbeteren, erosie te voorkomen en watervoerende lagen aan te vullen.
De UT doet onderzoek naar de mate waarin huidige governance structuren de implementatie van deze maatregelen toestaan, welke nieuwe samenwerkingen en structuren wellicht nodig zijn en welke hulpmiddelen en methodieken hiervoor het beste ingezet kunnen worden. In het onderzoek richt de UT zich op het Duits-Nederlandse Vecht stroomgebied en op een stroomgebied in Frankrijk en Griekenland.
SpongeWorks, dat bestaat uit een consortium van 28 partners wordt gecoördineerd door de Leibniz Universiteit Hannover (Duitsland), en Deltares Nederland en implementeert o.a. wetenschappelijke kennis in drie grootschalige demonstratieprojecten. Stroomgebieden in Frankrijk (Lèze), Griekenland (Pinios) en een grensoverschrijdend stroomgebied in Nederland en Duitsland (Vecht).