1. Home
  2. Science Stories
  3. Na 17 jaar ‘acteren’ valt het doek voor simulatiepatiënten Leo en Anita
Leestijd: 6 min.
Delen

Na 17 jaar ‘acteren’ valt het doek voor simulatiepatiënten Leo en Anita

“We kwamen samen naar de UT. Ik solliciteerde voor de functie van simulatiepatiënt, en mijn man zou chauffeur zijn en een boek lezen,” vertelt Anita Lettink (78). Althans, dat was het plan, maar het liep heel anders. 

Foto van Redactie
Redactie
Edwin van de Graaf
Leo en Anita. Foto: Edwin van de Graaf

Voor het eerst was er een echtpaar beschikbaar voor de rol van simulatiepatiënten bij de opleiding Technische Geneeskunde. Dat sprak de organisatie van het communicatieonderwijs direct aan. Gelukkig had ook Leo Lettink (78), die zich tijdens de sollicitatie aansloot, er zin in. Zo begonnen zij samen aan 17 jaar vrijwilligerswerk voor de UT en haar studenten. Nu kijken ze terug op een prachtige tijd, maar gaan ze écht met pensioen.

Voor het onderwijsprogramma “Vaardig Communiceren en Professioneel Gedrag” bij de studie Technische Geneeskunde oefenen studenten in de rol van toekomstig technisch geneeskundige consultgesprekken met ‘acteurs’: de zogenaamde simulatiepatiënten. TG maakt hiervoor gebruik van de inzet van vrijwilligers die uiteenlopende gesprekken voeren met studenten en de rol spelen van patiënten met verschillende aandoeningen. Momenteel zijn er zo’n vijftig simulatiepatiënten verbonden aan TG.

Vakantieoefeningen en inlevingsvermogen

Leo: “Voordat ik voor de eerste keer als patiënt moest optreden, was ik op vakantie op Gran Canaria. Ik had mijn rollen meegenomen en ben daar gaan oefenen. Ik nam de functie serieus en wilde goed voorbereid zijn. Je hebt goed communiceren en inlevingsvermogen nodig. Er komen ook emoties bij kijken, zoals boosheid, angst of verdriet.”
Anita: “Ik moest eens een dementerende vrouw spelen; dat was erg moeilijk. Je moet een rol spelen, maar ook jezelf blijven. Zo kom je het dichtst bij de werkelijkheid. Als simulatiepatiënt kun je niet zomaar denken: ‘Dat doe ik wel even.’ Het vraagt energie, maar je krijgt er ook veel voor terug.”

De studenten oefenen als technisch geneeskundige om goede vragen te stellen, patiënten op hun gemak te laten voelen en empathisch te zijn. Uiteindelijk moeten zij een volledig consult kunnen voeren, met lichamelijk onderzoek en uitleg kunnen geven over een behandelplan of vorm van diagnostiek.  Leo en Anita hebben door de jaren heen verschillende kwalen en ziektes gespeeld. De studenten moesten daarbij hun inhoudelijke en technische kennis tonen. Een belangrijk aspect is dat studenten helder kunnen uitleggen wat zij gaan doen en welke gevolgen dat heeft, uiteraard in samenspraak met en afgestemd op de patiënt.

Anita: “Bijvoorbeeld als ze uitleggen dat ze gaan dotteren. Studenten zijn vaak technisch onderlegd en leggen dingen heel technisch uit, maar een patiënt begrijpt die termen niet altijd. Leo heeft ook wel eens een rol in een dialect gespeeld, en daar konden de studenten over het algemeen goed mee omgaan. Het is belangrijk dat zij een balans vinden: niet te hoogdravend, maar ook niet té simpel.”

Verschil tussen studenten

“Er zit veel verschil tussen studenten,” vertelt Anita. “Sommigen hebben het helemaal in de vingers.” Leo: “Bij hen is het authentiek; het zit er gewoon in. Studenten kunnen het zeker leren, en bij velen zie je duidelijke groei. Maar er zijn ook studenten die het niet echt oppakken, en die vallen af.”

Leo lacht: “Ik speelde eens iemand met heupproblemen, en achteraf zeiden de studenten: ‘Oh, hij kan toch wel goed lopen.’ Toen wist ik dat ik mijn rol goed had gespeeld. Je speelt een lichamelijke aandoening, of je doet alsof je benauwd bent. Dat vraagt wel wat van je.”

Na elk simulatiegesprek was er een evaluatie. Was het inhoudelijk een goed consult? Zat er voldoende structuur in? Hoe heeft de patiënt het ervaren? Werden de juiste vragen gesteld? En hoe nam de student de leiding over het gesprek?

Leo en Anita: “Als patiënt wil je je gehoord voelen. Studenten pakten dat heel verschillend aan. Het is niet fijn als een arts te nonchalant overkomt. En natuurlijk is er een groot verschil tussen eerstejaars en derdejaars, maar dat is logisch. Bij de UT worden de studenten hartstikke goed opgeleid. Door de jaren heen zagen we een enorme groei bij hen.”

Tijd voor pensioen

Na talloze simulatietrainingen (twee keer per jaar) en maandelijkse simulatiegesprekken komt er na 17 jaar een einde aan het vrijwilligerswerk van Leo en Anita.
“We stoppen, want het wordt ons iets te veel. Soms speelden we acht keer op een middag een rol. Tegenwoordig worden we daar erg moe van. Er hebben zich nieuwe mensen aangemeld, dus we konden met een gerust hart afscheid nemen. We zijn nu allebei 78, dus het is prima zo. We wilden zelf aangeven dat we wilden stoppen. We waren een van de oudsten. Nu gaan we écht met pensioen,” grappen ze.

Gerelateerde verhalen