Na het verlies van een naaste verwerken we rouw allemaal op onze eigen manier. Bij ongeveer drie procent van de nabestaanden blijft de pijn voor langere tijd zo intens dat het hun dagelijks functioneren in de weg zit. Dit noemen we persisterende rouw. “Dat lijkt misschien weinig, maar kijk je naar nabestaanden die plotseling iemand zijn verloren – bijvoorbeeld door een verkeersongeval – dan stijgt het naar ongeveer de helft”, vertelt Lenferink.
Te laat herkend
Persisterende rouw is pas recent erkend in de internationale classificatiesystemen van mentale aandoeningen die gebruikt worden in de psychiatrie. Er was dan ook geen gestandaardiseerde manier om persisterende rouw te meten en te herkennen. “Het is belangrijk dat professionele hulp er op tijd bij is”, zegt Lenferink. Maar doordat een standaard methode mist, komt hulp vaak pas te laat of helemaal niet.
Zoals verteld door een van de gebruikers van de rouwmeter: “Op 15-jarige leeftijd verloor ik plotseling mijn 3 jaar oudere zus aan een hersenbloeding. Ik ben nu 42 en ervaar nog steeds de gevolgen die dit verlies voor mij heeft. Als ik op 15-jarige leeftijd een rouwmeter had gehad, was ik misschien anders door het rouwproces gegaan.”
Daarnaast beseffen mensen die hulp het hardst nodig hebben vaak niet dat ze professionele hulp kunnen gebruiken. Dat is ook lastig. Hoe weet je of jouw rouw binnen de normale grenzen valt of dat je vastzit in een langdurige rouwproces? Daarom biedt de rouwmeter een signaalfunctie: als jouw rouwscore boven een bepaalde drempel uitkomt, geeft de rouwmeter aan dat het verstandig is om professionele hulp te zoeken.
Rouwmeter voor kinderen
Sinds kort is er ook een rouwmeter speciaal voor kinderen. “Kinderen uiten hun emoties op een andere manier, waardoor hun rouwproces soms wordt onderschat”, vertelt Lenferink. Voor kinderen is het nog moeilijker om hun gevoelens onder woorden te brengen en dan zijn veel rouwvragenlijsten ook nog eens ontworpen voor volwassenen. Ze sluiten niet goed aan bij de belevingswereld van een kind.
Een van de vragen uit de volwassen rouwmeter is bijvoorbeeld: ‘Heb je de afgelopen maand een zeer sterk verlangen gevoeld naar ____ ?’ Daar kan een kind niet veel mee. “In de rouwmeter voor kinderen pasten we die vraag aan naar: ‘In de afgelopen maand, heb je ____ heel erg gemist?’ Dat is voor een kind veel beter te begrijpen”, vertelt Lenferink. Om zo goed mogelijk bij de belevingswereld van kinderen aan te sluiten is die versie ook gemaakt in samenwerking met kinderen en jongeren.
Eén van hen was Maaike. Zij verloor als kind haar broertje bij een verkeersongeval. Maaike: “Ik vind het heel belangrijk dat er op deze manier meer aandacht komt voor kinderen die een dierbare zijn kwijtgeraakt. Er is heel veel hulp gericht op ouders. Over hoe zij het verlies ervaren en hoe ze het leven weer op kunnen pakken. Maar ik moest ook weer naar school en verder met mijn leven. Maar daar werd nooit iets over gevraagd. Het voelde dan alsof ik er niet bij hoorde, dat was wel echt een naar gevoel.”
Dagelijks impact
Iedere dag nemen zo’n honderd mensen de stap om hun rouwproces beter te begrijpen met behulp van de rouwmeter. Inmiddels gebruikten al meer dan 80.000 mensen de tool. De rouwmeter voor volwassenen is gratis en beschikbaar in achttien talen, zodat iedereen, waar dan ook, toegang heeft tot deze waardevolle hulp.
Lonneke Lenferink is sinds 2021 werkzaam als universitair docent aan de Universiteit Twente. Het grootste deel van haar werk richt zich op onderzoek dat gaat over het definiëren, meten, voorspellen en behandelen van verstoorde rouwklachten. Dat onderzoek voert ze uit in de vakgroep Psychology, Health & Technology (PGT) in de faculteit Behavioural, Management and Social Sciences (BMS).