“Ik had tijdens mijn studie Integrale Veiligheidskunde niet altijd een duidelijk beeld van wat ik ging doen na het behalen van mijn hbo-diploma. Er waren eerlijk gezegd best wel momenten dat ik een beetje klaar was met studeren, en ik vond mijn stages leuk, dus ik had het ook prima gevonden om meteen aan het werk te gaan. Maar hoe dichter ik bij mijn afstuderen kwam, hoe meer ik realiseerde dat ik toch toe was aan een extra stap. Ik wilde meer leren, meer kennis opdoen – en bovendien: het was makkelijker om in één keer door te gaan met een vervolgstudie dan vanuit het werkende leven weer aan een master te beginnen.
Van Integrale Veiligheidskunde naar Psychologie
De keuze viel op de Engelstalige masteropleiding Psychology. Ik weet het, die studie klinkt niet direct heel voor de hand liggend als je Integrale Veiligheidskunde hebt gestudeerd. Maar deze master heeft een specialisatie in Conflict, Risk & Safety – en dat sluit juist heel mooi aan bij mijn vooropleiding! En het grappige is dat ik op de middelbare school ook heb overwogen om psychologie te studeren, dus dit is voor mij de perfecte combinatie.
Het was best een spannende stap. Op het hbo blonk ik echt niet uit – ik was gewoon een gemiddelde student – en ik was wel benieuwd hoe ik het ervan af zou brengen op de universiteit. Gelukkig had ik vrienden die me al voor waren gegaan – en op basis van de ervaringen die zij met mij deelden besloot ik de sprong ook te wagen.
Pre-master volgen
Als je van het hbo komt, moet je eerst een pre-master volgen. Op de Universiteit Twente is dat meestal een studieprogramma van 30 EC om op het kennisniveau te komen dat nodig is om te kunnen beginnen aan de master. In mijn geval was de pre-master iets meer dan een halfjaar (45 EC). Ik kreeg vakken zoals onderzoeksmethodologie, academisch schrijven en statistiek. De focus ligt in de pre-master echt op het doen van onderzoek op academisch niveau.
Voordat ik begon, had ik van veel mensen gehoord dat de pre-master behoorlijk pittig kan zijn qua stof. En daarbij heb je in een pre-master vaak maar één herkansing: je kunt een vak niet opnieuw doen in het volgende jaar. Als student voel je die druk wel. Maar ik moet zeggen dat die druk juist ook heel erg kan motiveren. Ik merkte dat niet alleen ik, maar ook medestudenten er juist beter door presteerden.
Hoger tempo
En voor wat betreft het niveau: ik zal niet ontkennen dat het pittig is, maar het is echt wel te doen. Het zit hem eigenlijk niet eens zozeer in de moeilijkheidsgraad, maar vooral in het hoge tempo en de hoeveelheid stof die je moet leren. Ik ben erachter gekomen dat je in de pre-master beter te veel kunt doen dan te weinig: houd je je huiswerk bijvoorbeeld één week niet bij, dan kun je die achterstand al bijna niet meer inhalen. En waar ik op het hbo nog weg kon komen met wat last-minute studiesessies, is dat op de universiteit wel anders. Ik heb mijn sociale leven dus wel echt op een lager pitje moeten zetten. Tegelijkertijd duurt een pre-master ook maar een halfjaar, dus dat is te overzien.
En geloof me, vanaf dan wordt het beter! Als je de pre-master eenmaal hebt gehaald kun je doorstromen naar de master. En ik wil niet zeggen dat je dan ineens gemakzuchtig moet worden, maar ik geloof dat het dan ook wel goed gaat komen met de master. En het wordt ook leuker, want waar de pre-master met name gericht is op ‘droge’, feitelijke stof, ga je in de master echt aan de slag met de inhoud. En dan is het heel fijn om te merken dat je de kennis uit je pre-master hierin kunt toepassen. Het is dus echt een goede voorbereiding geweest!
Al met al ben ik heel blij dat ik de stap heb durven te zetten naar de universiteit. Ik vond het een mooie manier om te zien wat ik aan kan. Ik ben zelf bijvoorbeeld absoluut geen fan van wiskunde, dus ik zag behoorlijk op tegen statistiek – net als veel andere medestudenten, trouwens. Maar ik hield elke week de stof bij, en op een gegeven moment viel het kwartje! Uiteindelijk heb ik statistiek met een heel mooi cijfer kunnen afronden en dat gaf mijn zelfvertrouwen echt een boost. Voor mijn gevoel is een pre-master heel goed te doen, als je het maar serieus neemt en het niet onderschat.
Waardevol
Ik ben benieuwd wat mijn masterdiploma gaat opleveren voor mijn toekomstige carrière. Hoewel het fijn is om straks dat papiertje te hebben, vind ik het vooral heel waardevol hoeveel ik zowel op vakinhoudelijk als persoonlijk vlak heb geleerd. En ook dat ik nu veel meer besef hoeveel ik nog kan leren. Dat je nu iets niet kunt, wil niet zeggen dat je dat over een halfjaar niet lukt.”