1. Zorg voor beweging
Wanneer je je down voelt, is beweging een van de beste manieren om jezelf op te peppen! Door te bewegen maakt je lichaam namelijk de hormonen serotonine en endorfine aan, wat angst en stress onderdrukt en zorgt voor een geluksgevoel. Probeer daarom om dagelijks even te bewegen, of je nu naar de sportschool gaat of liever een rondje wandelt!
2. Plan iets leuks
Nu de feestdagen en de vakantie voorbij zijn, kan januari eindeloos lang voelen. Gun jezelf daarom iets om naar uit te kijken. Plan bijvoorbeeld alvast je (zomer)vakantie of een leuk dagje of weekendje weg. Wil je liever op korte termijn iets hebben om naar uit te kijken? Plan dan gezellige activiteiten, zoals avondeten met vrienden, een avondje naar de film of een middag shoppen. Door ook op doordeweekse avonden leuke dingen te plannen, voelt mijn week meteen al een stuk leuker, en heb ik overdag ook meer motivatie om te studeren.
3. Omring jezelf met anderen
Nu de feestdagen met familie en vrienden voorbij zijn, kan januari best eenzaam voelen. Breng daarom tijd door met mensen die je blij maken, of dat nu familie, vrienden of studiegenoten zijn. Zijn je ouders of vrienden niet in de buurt? Bel ze dan eens op! Alleen al door even een halfuurtje bij te kletsen en je hart te luchten, voel je je vaak een stuk beter.
4. Zorg goed voor jezelf
Tijdens je januari-dip is het extra belangrijk om goed voor jezelf te zorgen. Denk aan de clichés zoals genoeg slapen en gezond eten, maar vergeet ook niet te ontspannen. Kruip bijvoorbeeld onder een dekentje op de bank met je favoriete Netflix serie, neem een lekkere warme douche, lees een goed boek of doe een yoga-sessie. Eens in de zoveel tijd kan zo’n self-care avondje heerlijk zijn om weer op te laden.
5. Maak studeren leuker
Helaas kunnen we er niet omheen: de tentamenweek komt eraan en er moet dus ook echt wat gebeuren. Heb je moeite om iets gedaan te krijgen? Ga dan eens samen met een study buddy studeren, ontdek nieuwe studieplekken in de stad of op de campus, en zet een leuke playlist op. Deze kleine veranderingen kunnen je net dat extra zetje geven om gemotiveerd te blijven.
6. Zoek het daglicht op
De vermoeidheid en lusteloosheid die je misschien in deze periode ervaart, kunnen ook veroorzaakt worden door een gebrek aan daglicht, en daardoor vitamine D. Met lange dagen colleges in de winterperiode zijn er helaas nu eenmaal dagen waarop je in het donker naar de uni fietst en ook weer in het donker naar huis gaat. Probeer dan toch tijdens de lunchpauzes even naar buiten te gaan, of in je weekenden of vrije middagen wat langer het daglicht op te zoeken.
7. Praat erover
Het is heel normaal om je in deze periode af en toe iets somberder te voelen. Praten over je gevoelens met bijvoorbeeld een vriend kan dan erg opluchten. Wie weet heeft hij of zij hier ook last van en kunnen jullie elkaar steunen! Lijd je echt onder je somberheid of ervaar je depressieve gevoelens, weet dan dat je altijd bij professionele hulp terecht kunt. Denk aan de studentpsycholoog van de universiteit, bijvoorbeeld. Vergeet niet dat je er niet alleen voor staat en dat het helemaal oké is om hulp te zoeken!
8. Focus op lichtpuntjes
In deze donkere maand zijn het juist de lichtpuntjes die je weer wat op kunnen vrolijken. Probeer daarom eens wat bewuster stil te staan bij de dingen die je blij maken, hoe groot of klein ze ook zijn, en schrijf ze eens op. Denk bijvoorbeeld aan een grappig moment met vrienden, of een complimentje van een vreemde. En bedenk maar: de kortste dag ligt alweer achter ons, de dagen worden steeds langer, en over iets meer dan een maand is het alweer voorjaarsvakantie!