Maandag 10 oktober 2022
Alice: ‘Hoi Tom, mijn naam is Alice Nikuze. Als data steward werk ik voornamelijk voor ITC, maar ook voor de faculteit Behavioural, Management and Social Sciences (BMS). Daar werk jij, toch?'
Tom: ‘Ja! Ik denk dat we binnenkort nauwer gaan samenwerken, want je interviewt mij op een omslagpunt in mijn carrière. Tot voor kort deed ik een tweejarig traineeship bij de faculteit BMS. Maar na een jaar kreeg ik de kans om over te stappen naar een meer vaste baan. Ik ben net begonnen als beleidsadviseur onderzoek.’
Alice: ‘Mooi, gefeliciteerd! Wat deed je als trainee?’
Tom: ‘Waar ik het meest trots op ben, is wat ik heb gedaan voor internationalisering. Ik hielp de UT-visie "Internationale Dimensies" vertalen naar een BMS-internationaliseringsstrategie. Wat betekenen de ambities van de universiteit voor ons? Weet je, internationalisering gaat niet alleen over Engels spreken of internationale studenten en medewerkers aantrekken. Het gaat ook om de bewegwijzering op de campus, het eten in de kantines en onze onderzoek partnerschappen.
Bij BMS gebeurt er al veel. Daarom wilden we onze activiteiten formaliseren en meer strategische keuzes maken. We organiseerden stakeholdersessies, waarbij we mensen uit de hele faculteit uitnodigden om hun mening te vragen. Waar denken zij dat we in kunnen verbeteren?
In de klas willen we bijvoorbeeld opkomen tegen het idee dat de Nederlandse manier de enige juiste is. Als je civiele techniek studeert, is het interessant om meer te weten te komen over het Nederlandse systeem om onze kustlijn te beschermen - de Deltawerken. Maar het is even interessant om te weten dat er een soortgelijk systeem is in Venetië. Trouwens... ik neem aan dat jij ook een internationale werknemer bent, toch?'
Alice: ‘Ja, ik kom uit Rwanda – al ben ik net Nederlander geworden! Ik moet zeggen dat ik wel eens hoor dat mensen een negatief beeld hebben van de internationaliseringsdoelen van de UT. Sommige mensen hebben het gevoel dat internationals in sommige gevallen niet worden geworven omdat ze uit het buitenland komen, ongeacht hun talenten. Heb je deze feedback gehoord?'
Tom: ‘Ja, ik heb daar inderdaad wel eens over gehoord. Maar ik ben het er niet mee eens. Ik geloof heilig dat we als kennisinstituut veel verschillende perspectieven nodig hebben. Qua specialismen, maar ook qua geografische en culturele achtergronden. Als we alleen Nederlandse studenten en onderzoekers zouden hebben, zou onze visie op de wereld te beperkt zijn. De diversificatie van perspectieven maakt ons een sterkere faculteit. Het verbetert ons onderzoek.’
Alice: ‘Ik zag dat je ook bezig was met professionalisering van docenten. In mijn werk geef ik soms workshops en lessen, en ik zou graag mijn onderwijsvaardigheden verbeteren. Wat kun je me hierover vertellen?'
Tom: ‘Nou, mijn betrokkenheid ging vooral over het verbeteren van het proces. Ik hielp de BMS Onderwijsacademie met het opzetten van een kader voor de professionalisering van docenten.
Weet je, alle docenten van de UT moeten hun Basiskwalificatie Onderwijs (BKO) halen. Dat is verplicht, maar daarna is het aan jou om jezelf te blijven ontwikkelen. We wilden docenten daarbij helpen, door een overzicht te geven van alle mogelijkheden. Er zijn veel cursussen en masterclasses die je aan de UT kunt volgen, maar die moet je natuurlijk wel kunnen vinden. Dus hebben we een nieuwsbrief opgezet en onze website verbeterd.’
Alice: ‘Het is goed om te horen dat de UT docenten op deze manier wil ondersteunen. Er gebeurt altijd zoveel en je kunt gewoon niet alles in je eentje bijbenen.’
Tom: ‘Daar ben ik het helemaal mee eens. We vragen veel van UT-medewerkers: ze moeten werken aan international classrooms, zich professionaliseren, duurzaam zijn, inclusief zijn. Dat zijn allemaal goede dingen, maar medewerkers hebben ondersteuning nodig als je wilt dat ze je ambities en doelen waarmaken. Door hen de juiste informatie te geven, tijdscompensatie te bieden of met hen mee te denken. Daar zijn we voor, als UT-medewerkers. En jij dan? Weten onderzoekers en studenten jou te vinden als ze vragen hebben over datamanagement?’
Alice: ‘Ja! Ik ben afgelopen december begonnen en nu weten steeds meer mensen wie ik ben en waarmee ik ze kan helpen. Hey Tom, ik las dat je ook werkt aan een meer inclusieve campus. Als sociaal wetenschapper weet ik dat het concept van inclusie erg breed is. Waar richt je je precies op?'
Tom: ‘Ik maak deel uit van Think With Pride, een UT-organisatie voor zowel medewerkers als studenten. Wij organiseren activiteiten voor LHBTQ+-mensen. En komend jaar wil ik ook impact hebben op ons beleid. Ik werk samen met HR-beleidsadviseur Michael Neys. We denken na over de acties die we kunnen ondernemen om van onze campus een betere plek te maken voor LHBTQ+-mensen.’
Alice: ‘Heb je het gevoel dat de UT-campus nu geen goede plek voor hen is? Welke ideeën heb je om het te verbeteren?'
Tom: ‘Nou, er gebeuren al veel goede dingen. Ik heb zelf een vriend en als ik mensen om me heen over hem vertel, reageren mensen op dezelfde manier als bij een heterostel. En ik ben erg blij om te zien dat er veel initiatieven zijn om de campus LGBTQ+-vriendelijker te maken. Maar er is ook ruimte voor verbetering. Kijk bijvoorbeeld naar zwangerschapsverlof. Een vrouw krijgt betaald verlof als ze een baby krijgt, maar wat als twee mannen een kind krijgen? Een ander ding is ons gebruik van voornaamwoorden. We schrijven vaak ‘hij/zij’, waar we ook ‘zij’ zouden kunnen zeggen.’
Alice: ‘Je denkt duidelijk al als een beleidsadviseur, ik hou ervan! En ik vond het erg leuk om met je te praten, Tom. Nog een laatste vraag: wat hoop je te bereiken in je nieuwe werk?’
Tom: ‘Het heeft eigenlijk heel veel uitdagende thema’s: van open science en het meten van impact tot de komende midterm-evaluatie. Dus eerst moet ik prioriteiten stellen. Je kunt een nieuwe polis schrijven en laten goedkeuren, maar dan is het nog steeds maar een pdf-document. Het succes ligt voor mij in het vertalen van beleid in continue actie. Als het me lukt om dat te doen, ben ik heel tevreden. Maar dat is alles wat ik kan zeggen voor nu. Laten we hier over een maand of zo op terugkomen, bij een kopje koffie!'
Alice: ‘Goed idee. Ik zal je ook voorstellen aan mijn collega's die met soortgelijke onderwerpen bezig zijn. Tot snel!'