UR 09-155 Besluit Institutional Plan Graduate School

UR – BESLUIT INSTITUTIONAL PLAN GRADUATE SCHOOL

De Universiteitsraad,

gezien:

het “Institutional Plan Graduate School” (UR 09-148);

de aanbiedingsbrief “Institutional Plan Graduate School” (09-06-2009);

de Notitie Stand van zaken Route ’14 (UR 09-102);

het addendum van het “Institutional Plan Graduate School”;

de schriftelijke beantwoording door het CvB van de UR vragen (geen kenmerk);

gehoord:

de toelichting van Gerard van der Steenhoven (29-04-2009);

de besprekingen tijdens de commissievergadering OOS op 10-06-2009;

overwegende dat:

alle toekomstige schools hoge kwaliteit in het vaandel zullen hebben staan, met de Graduate School als internationaal uithangbord;

de oprichting van de Graduate School een nieuw stap is voor de UT en dat hierbij gaandeweg de vorming de juiste verbeteringen zullen worden aangebracht;

de Graduate School op dit moment niet meer en niet minder dan als een virtuele entiteit moet worden beschouwd;

er een goed kwaliteitszorg systeem komt;

er nagedacht gaat worden over een andere naam voor de “UT Skills Certificate”;

gehoord de toezegging van het CvB UT dat:

er een separaat medezeggenschapsysteem wordt opgezet voor medewerkers, en studenten binnen de Graduate School, zodra de Graduate School meer is dan de thans beoogde virtuele enititeit;

de UR bij het opzetten van het medezeggenschapssysteem van de Graduate School wordt betrokken door hier instemmingsrecht over te krijgen;

in het plan duidelijk wordt opgenomen hoe 1 jarige Msc opleidingen in de Graduate School structuur zullen passen;

er een organogram komt waarin de organisatiestructuur van de Graduate School is weergegeven en waarin onder meer duidelijk wordt beschreven hoe de verantwoordelijkheid van de Dean is ten opzichte van de wetenschappelijke directeuren en de faculteitsdecanen en hoe de medezeggenschap geregeld gaat worden;

er in oktober 2009 extra informatie beschikbaar komt over de financiering van de UT ten behoeve van de Graduate School (T&SP realisation, dissertation grants, UT Guarantee Fund);

in het plan verduidelijkt wordt hoe bepaald wordt of een PhD student het “UT skills certificate” in zijn geheel, of gedeeltes ervan verkrijgt aan het eind van zijn/haar promotietraject. Dit zal begin 2010 gerealiseerd zijn;

in het “UT skills certificate” ook het geven van onderwijs door AIO’s wordt opgenomen

er een derde vakinhoudelijk onderlegde supervisor in het “supervisory team” van elke PhD komt;

het college de verantwoordelijkheid erkent voor de internationale PhD student die geen werknemerstatus heeft en in geval van langdurige ziekte, het vervullen van een bestuursfunctie en zwangerschap mogelijk problemen ondervindt bij het afronden van zijn/haar onderzoek;

er binnen een half jaar een evaluatieplan voor de Graduate School komt waarin succesfactoren worden verwoord. Dit plan zal voor het eind van het jaar ter advies aan de raad worden voorgelegd.

de plannen voor de andere schools en de pre-university college in het najaar

verschijnen;

de raad periodiek op de hoogte zal worden gehouden van de ontwikkelingen met betrekking tot de Graduate School;

besluit:

In te stemmen met het “Institutional Plan Graduate School”