Duurzame Labs
Bij het uitvoeren van onze dagelijkse activiteiten gebruikt de universiteit energie en produceert ze afval. Dit geldt ook voor onze laboratoria. Laboratoria hebben een uitzonderlijk hoge impact op het milieu vanwege hun hoge energieverbruik en de grote hoeveelheid slecht recyclebaar en mogelijk gevaarlijk afval. Vanwege de heterogene aard van de labs aan de UT is een bottom-up of op maat gemaakte aanpak nodig om de CO₂-voetafdruk effectief te verminderen.
Hoewel het essentieel is dat onze primaire processen – onderwijs en onderzoek – altijd ongestoord doorgaan, werken we hard om de impact van onze labs op het milieu en klimaat te minimaliseren. Ons uiteindelijke doel is om onderzoek te kunnen doen met zo min mogelijk negatieve impact op het milieu.
- In 2023 heeft de TNW-faculteit een Duurzame labcoördinator aangesteld om de impact van labactiviteiten te verminderen.
- In 2023 heeft de UT een ultra-laag temperatuurdiepvriezer uitgeschakeld, wat 6000 kWh bespaarde (gelijk aan 2 Nederlandse huishoudens).
- Alarmen op zuurkastdeuren in Carré hebben de CO₂-uitstoot met 42 ton per jaar verminderd.
Duurzame labs op de campus
- Carré
Zuurkasten
Zuurkasten zijn ontworpen om vluchtige en schadelijke stoffen te bevatten door grote hoeveelheden lucht af te voeren, vergelijkbaar met een afzuigkap in de keuken, maar dan in een afgesloten ruimte. Dit hoge luchtverbruik brengt zowel financiële als milieukosten met zich mee. Eén zuurkast verbruikt dagelijks ongeveer 15.600 kubieke meter lucht, wat neerkomt op zo’n €10 aan energiekosten en ongeveer 21 kg CO₂-uitstoot.
In het Carré-gebouw zijn de zuurkasten uitgerust met variabele luchtstroomsystemen die automatisch het luchtverbruik verminderen wanneer het raam (de schuifruit) gesloten is. Om gebruikers aan te moedigen de ramen gesloten te houden wanneer de kast niet in gebruik is, zijn er stickers op het glas aangebracht en klinkt er een alarm als het raam langer dan 10 minuten open blijft.
Dankzij dit initiatief werd in één jaar tijd ongeveer €20.000 bespaard en is de CO₂-uitstoot met 42 ton verminderd. Deze besparingen blijven structureel, zolang gebruikers consequent de zuurkast sluiten na gebruik.
- Meander
Pilot: Slimme ventilatie
In het Meander-gebouw is het uitdagend om energie te besparen met zuurkasten, omdat ze de luchtinname niet automatisch verminderen wanneer het raam gesloten is. Om dit probleem aan te pakken en het energieverbruik voor luchtbehandeling in de Meander-labs te verminderen, is besloten om de algemene ventilatie in de labruimtes na kantooruren en in het weekend te verlagen. Deze verlaging wordt per ruimte geregeld en kan door gebruikers worden aangepast als er buiten reguliere werktijden gewerkt moet worden.
Het voordeel van deze aanpak is dat het meer luchtbesparing mogelijk maakt dan alleen het sluiten van zuurkasten, wat leidt tot aanzienlijk hogere energiebesparingen. Naar schatting zal deze slimme ventilatiestrategie resulteren in besparingen tussen de €80.000 en €200.000 en een reductie van ongeveer 1.350 ton CO₂-uitstoot.
Het eerste testlab is inmiddels uitgerust met de benodigde hardware om luchtbesparing mogelijk te maken. Naar verwachting zullen de plannen begin 2025 operationeel zijn, waarna de energiebesparingen van start kunnen gaan.
Meer over Duurzame labs
Duurzame labcöordinator
Verduurzaming is een thema waar steeds meer aandacht voor is binnen de UT. Onze laboratoria gebruiken veel energie en produceren ook veel afval. Dat kan anders, aldus Rolf Slaats. Hij is sinds enige tijd full-time sustainable labs coördinator bij de faculteit TNW. “Mijn ultieme doel is dat we hier op de UT in de toekomst dezelfde onderzoeken kunnen doen als nu, maar dan zonder negatieve impact op de omgeving.”
UT schakelt ultra-lage temperatuurvriezer uit
Dankzij een geweldige samenwerking tussen de S&T Faculty Green Hub, Green Hub Twente, het SEE-programma en de onderzoeksgroepen Applied Stem Cell Technologies (AST), Developmental BioEngineering (DBE), en NanoBioPhysics, heeft de UT een ultra-laag temperatuurdiepvriezer uitgeschakeld.
Eerste LEAF-accreditaties uitgedeeld op UT
De implementatie van het Laboratory Efficiency Assessment Framework (LEAF) binnen alle S&T-groepen biedt richtlijnen voor duurzamere praktijken in het lab. Het vergroten van bewustzijn en het opbouwen van een samenwerkende gemeenschap zijn hierbij essentieel. Het LEAF-initiatief is onderdeel van een breder UT-plan, gericht op de verduurzaming van alle laboratoria.



Wat kun jij doen?
Draag je steentje bij! Help ons de negatieve impact van onze laboratoria op het milieu te verminderen. Maar waar moet je beginnen? Gebruik de onderstaande lijst voor inspiratie met betrekking tot bepaalde duurzaamheidsthema's in onze labs. Heb je specifieke vragen of ideeën? Neem gerust contact op met de beleidsadviseurs duurzaamheid. We helpen je graag! Samen kunnen we meer dan we denken. Laten we het waarmaken!
- Energie
Uitschakelen van Apparatuur
Het uitschakelen van apparatuur na gebruik is een eenvoudige manier om energie te besparen en de levensduur van apparaten te verlengen. Hier zijn verschillende manieren om dit in uw werkomgeving te stimuleren:
- Stickers en instructies: Stickers met uitschakelprotocollen kunnen op apparatuur worden geplaatst om gebruikers eraan te herinneren apparaten uit te schakelen. Deze stickers zijn beschikbaar via deze pagina (zie: hulpmiddelen) of kunnen op maat worden aangevraagd bij Jessica van de Vosse. De stickers zijn ontworpen om eenvoudig te printen op Avery L7060 etiketten met een Xerox-printer. Labmanagers of gebruikers kunnen de stickers zelf plaatsen, omdat zij het beste weten waar en hoe ze moeten worden aangebracht.
- Apparaten in de stand-by stand zetten: Waar mogelijk kunnen apparaten zoals monitoren in de stand-by stand worden gezet wanneer ze niet in gebruik zijn. Dit levert extra energiebesparing op zonder in te leveren op gebruiksgemak..
Duurzame aanschaf van apparatuur
Bij de aanschaf van nieuwe apparatuur moet duurzaamheid in overweging worden genomen. Hier zijn enkele aandachtspunten:
- Energielabel: Controleer altijd het energielabel van apparaten om inzicht te krijgen in hun energieverbruik.
- ACT-label: Het ACT-label gaat verder dan alleen energieverbruik en geeft informatie over de totale milieu-impact van een product, van productie tot afvalverwerking. Dit helpt bij het vergelijken van apparaten en het maken van duurzamere keuzes.
- Vraag naar duurzaamheid: Vraag leveranciers (of hun accountmanagers) naar de duurzaamheidskenmerken van apparatuur. Bij grotere aankopen of aanbestedingen kunt u zelfs duurzaamheidscriteria opnemen om leveranciers te stimuleren transparantere en toegankelijkere informatie te bieden over hun producten.
Optimalisatie van verlichting
Hoewel de verlichting in kantoren, gangen en labs vaak wordt beheerd door Campus Facility Management (CFM), kunt u toch bijdragen aan efficiënt gebruik van verlichting:
- Bewegingssensoren en timers: Veel ruimtes zijn uitgerust met sensoren en timers die verlichting automatisch uitschakelen wanneer niemand aanwezig is. Als een sensor niet goed werkt, of als u een ruimte identificeert waar een sensor nuttig kan zijn, meld dit dan bij de servicedesk of gebouwbeheerder.
Door deze stappen te volgen, kunnen we gezamenlijk bijdragen aan duurzamer gebruik van apparatuur en verlichting in laboratoria. Heeft u vragen of hulp nodig, zoals stickers of sjablonen? Neem dan contact op met de beleidsadviseurs duurzaamheid.
- Afval
Laboratoria produceren vaak aanzienlijke hoeveelheden afval, vooral door het gebruik van wegwerpartikelen (steriel). Vanwege de potentiële risico's van labafval vraagt dit om een andere aanpak dan huishoudelijk afval. Er zijn echter veel manieren om afvalbeheer in labs te verbeteren.
Afvalscheiding: gebruik van pd-afvalbakken
Een belangrijke verbetering in afvalbeheer is het scheiden van verpakkingsmateriaal van restafval. Dit kan veilig en eenvoudig door een extra bak te plaatsen voor PD (plastic en drankverpakkingen) afval. In overleg met schoonmaakdienst Asito kunnen deze bakken regelmatig worden geleegd, en u kunt zelf bepalen waar ze geplaatst worden om nuttig maar niet hinderlijk te zijn. PD-afval is gratis om af te voeren en kan worden gerecycled, dus het scheiden van deze afvalstroom wordt sterk aangemoedigd. TNW-AMH is al gestart met een initiatief om PD-afvalbakken over labs te verspreiden—neem contact met hen op om uw mogelijkheden te verkennen!
Heeft u vragen over andere soorten afval of aanvullende afvalstromen? Neem contact op met de beleidsadviseurs duurzaamheid. Vaak kunnen specifieke materialen apart worden verzameld, maar dit moet worden afgestemd met onze afvalverwerker en het facilitair management.
Afvalvermindering: de r-ladder van circulariteit
De meest effectieve manier om afval te beheren is minder produceren. De R-Ladder van Circulariteit biedt een handig kader om kritisch te kijken naar het verminderen van materiaalgebruik. Overweeg of u kunt:
- Reduce: Minder materiaal gebruiken.
- Reuse: Artikelen hergebruiken in plaats van ze na eenmalig gebruik weg te gooien.
- Repair: Apparatuur of materialen repareren in plaats van vervangen.
Bij het bestellen van materialen kunt u ook duurzamere keuzes maken:
- Verpakkingen: Kies voor leveranciers die minder verpakkingen gebruiken of verken opties voor bulkbestellingen. Dit vermindert zowel de hoeveelheid verpakkingen als het aantal leveringen.
- Afspraken met leveranciers: In sommige gevallen is het mogelijk om met leveranciers afspraken te maken over minder verpakkingen of aangepaste leveringsschema’s. Dit kan kleine veranderingen in uw werkprotocollen vereisen, maar leidt op termijn tot aanzienlijke milieuwinst en kostenbesparingen.
Door afvalstromen te scheiden, bijvoorbeeld via PD-afvalbakken, en afvalproductie te verminderen door doordachte inkoop en gebruik van materialen, kunnen we de laboratoriumactiviteiten duurzamer maken. Afvalscheiding, recycling en minder materiaalgebruik zijn niet alleen goed voor het milieu, maar dragen ook bij aan kostenbesparingen.
- Water
Door toenemende perioden van droogte in de zomer zijn er tijdelijke drinkwatertekorten ontstaan. De Tweede Kamer heeft daarom alle grote waterverbruikers gevraagd hun watergebruik tegen 2035 met 20% te verminderen ten opzichte van het referentiejaar 2019. Universiteit Twente (UT) zet zich in om deze doelstelling te halen.
In laboratoria wordt proceswater uit het drinkwaternet gebruikt voor verschillende activiteiten. Hier zijn enkele manieren waarop u kunt bijdragen aan waterbesparing in uw lab:
- Optimaliseer het gebruik van vaatwassers en sterilisatieapparatuur (autoclaven)
Laat alleen volle beladingen draaien om efficiëntie te maximaliseren en het aantal cycli en watergebruik te verminderen. - Schakel over op gesloten koelsystemen
Gebruik geen drinkwater voor koeling: Sommige labs gebruiken leidingwater voor koeling, maar dit kan worden vervangen door gesloten koelsystemen die water recyclen binnen het systeem. Dit vermindert het waterverbruik aanzienlijk. - Minimaliseer het gebruik van demiwater
Wees selectief met demiwater: Het produceren van 1 liter demiwater kost 3 liter leidingwater. Gebruik demiwater alleen waar absoluut noodzakelijk en overweeg of gewoon leidingwater in sommige gevallen kan volstaan.
De impact van je maatregelen
Door deze eenvoudige maar effectieve maatregelen te nemen, kunnen we het waterverbruik in laboratoria aanzienlijk verminderen zonder afbreuk te doen aan de kwaliteit van ons werk. Het verminderen van het waterverbruik helpt niet alleen om de nationale doelstelling te halen, maar ondersteunt ook bredere milieuduurzaamheidsdoelen.
Als je vragen hebt over het implementeren van deze praktijken of advies nodig hebt over meer waterbesparende mogelijkheden, neem dan contact op met de beleidsmedewerkers duurzaamheid. Samen kunnen we bijdragen aan een duurzamere toekomst.
- Optimaliseer het gebruik van vaatwassers en sterilisatieapparatuur (autoclaven)
- Vegan Science
In biologische laboratoria zijn veelgebruikte materialen nog steeds afkomstig van dieren. Denk aan foetaal kalfsserum (FBS/FCS), antilichamen en extracellulaire matrices zoals Matrigel, GelTrex en gelatine. Deze dierlijke producten hebben niet alleen een aanzienlijke impact op het milieu—door de hoge CO₂-uitstoot die gepaard gaat met veeteelt—maar roepen ook ethische vragen op.
Wereldwijd worden naar schatting 2 miljoen ongeboren kalveren per jaar opgeofferd voor de productie van FBS, wat het ethische dilemma van het gebruik van dierlijke producten in onderzoek benadrukt.
Ethische en duurzame alternatieven
One of the most effective ways to address these concerns is by replacing animal-derived materials with vegan alternatives. For instance:
- FBS vervangen door synthetische alternatieven (zoals Knock-out Serum Replacement, KOSR) die vergelijkbare groeisupport bieden voor celculturen.
- Recombinante antilichamen die zonder dieren worden geproduceerd.
- Plantaardige of synthetische extracellulaire matrices ter vervanging van Matrigel of gelatine.
Een eenvoudige vergelijking is de vervanging van koemelk door sojamelk - een eenvoudige omschakeling die zowel de ecologische als ethische voetafdruk van laboratoriumwerk aanzienlijk vermindert.
Waarom overstappen naar Vegan Science?
- Milieu-impact
De productie van dierlijke materialen vraagt veel hulpbronnen en draagt bij aan een hogere CO₂-uitstoot en milieuschade. Door minder afhankelijk te zijn van dierlijke producten, kunt u de ecologische voetafdruk van onderzoeksactiviteiten verkleinen. - Ethische Verantwoordelijkheid
Afstappen van het gebruik van dierlijke producten sluit aan bij de groeiende maatschappelijke zorgen over dierenwelzijn. Het kiezen voor veganistische alternatieven laat zien dat u zich inzet voor een menselijker en ethischer onderzoek. - Consistentie
Dierlijke producten kunnen aanzienlijk variëren tussen batches, wat ze inconsistent maakt voor veel toepassingen. Synthetische of recombinante humane producten bieden daarentegen een stabielere productie, kunnen nauwkeuriger worden afgestemd op specifieke toepassingen en zijn vaak relevanter voor de menselijke biologie.
Door kritisch te kijken naar de materialen die u gebruikt en te zoeken naar veganistische alternatieven, kunt u een wezenlijke bijdrage leveren. Veel bedrijven bieden inmiddels plantaardige of synthetische opties aan voor veelgebruikte labreagentia, waardoor de overstap eenvoudiger wordt dan ooit.
Heeft u vragen over veganistische alternatieven in uw lab of hulp nodig bij de overstap? Neem gerust contact op met de beleidsmakers duurzaamheid. Samen kunnen we een ethischer en milieuvriendelijker wetenschappelijke gemeenschap creëren.
- Inkoop
De inkoopafdeling streeft ernaar om duurzaamheid te integreren in het inkoopproces van laboratoriummaterialen. Je kunt hieraan bijdragen.
Als je inefficiënties in het inkoopproces opmerkt (bijvoorbeeld twee leveringen op dezelfde dag), producten met overmatige verpakking of het gebruik van grijze piepschuim (alleen wit piepschuim is recyclebaar), meld dit dan bij de beleidsmakers duurzaamheid. Zij kunnen contact opnemen met leveranciers om duurzamere verpakkingsopties te bespreken.
Je observaties helpen bij het verduurzamen van ons inkoopbeleid op de campus.
- Zeer Zorgwekkende Stoffen
Het chemische registratiesysteem biedt inzicht in stoffen die schadelijk zijn voor het milieu (ZZS) of de menselijke gezondheid (CMR: carcinogeen, mutageen, reprotoxisch). Vaak is een CMR-stof ook geclassificeerd als ZZS.
Om de impact op het milieu te verkleinen en risico’s in en rondom de labs te verminderen, zijn we actief op zoek naar alternatieven voor deze ZZS/CMR-stoffen. Dit proces is uitdagend en vereist input van alle labgebruikers. We moedigen u aan om uzelf telkens af te vragen: Is deze stof echt noodzakelijk, of kan ik een alternatief kiezen?
- LEAF-framework
De implementatie van het Laboratory Efficiency Assessment Framework (LEAF) binnen alle S&T-groepen biedt richtlijnen voor duurzamere praktijken in het lab. Het vergroten van bewustzijn en het opbouwen van een samenwerkende gemeenschap zijn hierbij essentieel.
Het idee is dat labs door middel van uitdagingen werken aan het behalen van een Bronze-, Silver- en uiteindelijk Gold-accreditatie. Deze hebben een toenemende moeilijkheidsgraad, maar leveren ook aanzienlijke besparingen op in kosten en CO₂-voetafdruk. Veel onderzoeksinstituten in Nederland werken inmiddels met LEAF. In het Verenigd Koninkrijk, waar LEAF is ontwikkeld, konden labs gemiddeld £2600 per jaar besparen door efficiënter te werken. Meer informatie vindt u op de website van UCL.
Het programma werd gepresenteerd aan het technici-netwerk van de faculteit S&T en ontving positieve feedback. Bij onze universiteit zijn alle labs in de Zuidhorst ingeschreven voor het programma als pilot, samen met twee labs in Carré (het SLT-biolab en de BIOS-lab-on-a-Chip-groep). Twee labs, het NBP Microscopy Lab in de Zuidhorst en het SLT-biolab in Carré, hebben inmiddels de Bronze-accreditatie behaald!
Het deelnemen aan het programma is gratis voor alle onderzoeksgroepen, omdat de universiteit een instellingsbrede licentie betaalt. De werklast is flexibel en kan door de gebruikers zelf worden bepaald. Meestal zijn een of twee LEAF-gebruikers verantwoordelijk per onderzoeksgroep of lab en kunnen zij op eigen tempo werken aan het behalen van de criteria. LEAF-gebruikers van naburige groepen komen samen om inspiratie op te doen en elkaar te ondersteunen, zodat het wiel niet telkens opnieuw hoeft te worden uitgevonden.
Geïnteresseerd in LEAF of wilt u deelnemen? Neem contact op met Birgit Dragtstra of mail naar sustainability@utwente.nl voor meer informatie!
Hulpmiddelen
- Stickervel energiereductie