UR 15-126 Aandachtspunten overlegvergadering 24 juni 2015

Aandachtspunten uit de overlegvergadering van 24 juni 2015 van de Universiteitsraad

Studiekeuzecheck (UR – 15 098/UR 15 – 116)

(Besluit genomen in de interne vergadering van 10 juni 2015)

De studentgeleding van de Universiteitsraad,

gezien:

- UR 15 098: Nota Studiekeuzecheck (UR 15 – 098);

gehoord:

- de beraadslagingen in de commissie OOS dd. 03-06-2015 en de interne vergadering van 10 juni 2015;

besluit:

positief te adviseren over de Nota Studiekeuzecheck.


Inschrijvingsregeling 2015 – 2016 (UR 15 – 089/UR 15 – 118)

(Besluit genomen in de interne vergadering van 10 juni 2015)

De Universiteitsraad,

gezien:

- UR 15 - 089 Inschrijvingsregeling 2015-2016;

gehoord:

- de beraadslagingen;

besluit:

positief te adviseren over de Inschrijvingsregeling 2015-2016.


Visie op ICT in het Onderwijs (UR 15 – 099/UR 15 – 109)

De besluitvorming op dit punt wordt uitgesteld tot de septembervergadering. Het college zal dan nadere informatie verstrekken over de beoogde plannen en de bijbehorende financiën.


Tevens zegt het college toe te zullen kijken naar de door haar gepubliceerde CvB besluiten en te bezien of en wanneer de vertrouwelijk genomen besluiten openbaar gemaakt kunnen worden.


Wijziging BBR – overdracht penvoerderschap Gezondheidswetenschappen & Health Sciences naar TNW (UR 15 – 103/UR 15 – 108)

De Universiteitsraad,

gezien:

- UR 15 – 103: “Overgang penvoerderschap opleidingen Gezondheidswetenschappen en

Health Sciences naar faculteit TNW” en het Convenant penvoerderschap GzW en HS;

- de positieve besluiten van de Faculteitsraden van BMS en TNW terzake;

- de schriftelijke reactie van het college op de door de raad gestelde vragen (UR 15 –

129);

gehoord:

- de beraadslagingen in de commissie SI en de interne vergadering van 10 juni 2015;

besluit:

- in te stemmen met de overdracht van het penvoerderschap van GzW en HS naar TNW

inclusief de wijziging van het BBR.


Wijziging Studentenstatuut (UR 15 – 096/UR 15 – 113)

De Universiteitsraad,

gezien:

- UR 15 096 Studentenstatuut 2015-2016;

gehoord:

- het overleg in de commissie OOS dd. 03-06-2015;

- de beraadslagingen;



overwegende dat:

-het Studentenstatuut op veel punten extra verduidelijkt is ten opzichte van voorgaande jaren;

-vermelding van het GPA een toevoeging kan zijn voor studenten die naar het buitenland willen;

-aanpassing van college- en tentamentijden een grote verandering kan zijn voor studenten en studentverenigingen;

gehoord de toezeggingen van het college dat:

-bij voorgenomen aanpassingen van college- en tentamentijden de lokale medezeggenschap een instemmingsverzoek krijgt;

-met de Universiteitsraad wordt gesproken over een goede verdere uitvoering van het GPA;

besluit:

in te stemmen met het Studentenstatuut 2015-2016.



Regelingen profileringsfonds (FOBOS) (UR 15 – 097/UR 15 – 115)

De Universiteitsraad,

gezien:

-UR 15-097 FOBOS 2015-2016

-UR 12-006 Agendaformulier Studenten en Nevenactiviteiten

-UR 12-006 Bijlage Studenten en Nevenactiviteiten

-UR 12-013 URaad brief aan CvB Studenten en Nevenactiviteiten

-UR 12-092 Agendapunt Regeling FOBOS voorheen regeling afstudeersteun

-UR 12-112 UR conceptbesluit inzake FOBOS 8 juni 2012

-UR 12-115 CvB antwoorden m.b.t. FOBOS

-UR 12-127 Aandachtpunten 20 juni 2012

gehoord:

- de beraadslagingen in de commissie OOS dd. 03-06-2015 en de interne vergadering van 10 juni 2015;

overwegende dat:

-De integratie van de regelingen zorgt dat alle informatie in 1 document te vinden is;

-De beloning voor medezeggenschap niet geregeld is in dit FOBOS;

-De beloning voor de universiteitsraad wel geregeld was in vorige versies;

-Voor de duidelijkheid naar de studentengemeenschap ook de vergoedingen van de opleidingscommissies, faculteitsraad en universiteitsraad in dit document zouden moeten worden opgenomen;

-Er expliciet wordt vermeld dat deze regeling niet voor ITC-studenten geldt, maar dat het CvB dit niet kan rechtvaardigen;

-Studenten die een bewuste keuze maken om na hun C+1 actief te worden, dus bijdragen aan de profilering van de UT en zich extra-curriculair ontwikkelen, ook beloond moeten worden voor deze bijdrage;

-Het leenstelsel een grote externe prikkel is die een positief effect heeft op de studiesnelheid en daarmee hetzelfde effect heeft als de studievoortgangssnelheidsnorm en de C+1-regel;

-De studievoortgangssnelheidsnorm en de C+1-regel betrekking hebben op een gering aantal studenten dat nu actief is, waardoor er nauwelijks kosten aan de afschaffing van deze regel zitten;

-Het grote financiële voordelen voor de universiteit heeft als deze regels worden afgeschaft, doordat het gehele systeem minder bureaucratisch wordt;

besluit:

niet in te stemmen met UR 15 097 FOBOS 2015-2016, tenzij het college:

-Gelijkend voorgaande jaren een apart hoofdstuk toevoegt betreffende medezeggenschap, zonder aanvullende voorwaarden als 75% studievoortgangsnorm, c+1 etc.;

-Dit hoofdstuk aanvult met de vergoedingen voor faculteitsraden en opleidingscommissies;

-De expliciete verwijzing dat dit document voor ITC-studenten niet geldt schrapt;

-De studievoortgangssnelheidsnorm en de C+1 regel uit het gehele FOBOS haalt.”


Het college is ter vergadering niet bereid aan de laatste toezegging tegemoet te komen, waarna de raad definitief niet instemt met de “Regelingen Profileringsfonds (FOBOS)”. Het college zal schriftelijk aangeven of zij het voorstel al dan niet handhaaft.


Convenant Student Union (UR 15 – 101/UR 15 – 120)

De Universiteitsraad,

gezien:

-UR 15 - 101 Convenant SU;

-Het UR reglement september 2010;

-UR 11 – 222 , Aandachtspunten URaad 2011-06-22;

gehoord:

-De toelichting in de commissie OOS;

-De beraadslagingen;

overwegende dat:

-Het convenant tussen UT en SU de SU mandateert als beleidsbepalend op een gedeelte van de studentenvoorzieningen;

-Het mandateren van een studentenorganisatie voor beleid op een deel van de studentenvoorzieningen positief is voor het signaleren van behoeftes en wensen van studenten;

-De UR instemmingsrecht heeft op beleid op studentenvoorzieningen;

-Een mandaatverstrekking geen invloed heeft op het instemmingsrecht van de UR;

-Beleid van de SU op de studentenvoorzieningen dus ter instemming aan de UR voorgelegd dient te worden;

-Het Strategisch Plan van de Student Union de basis vormt van het beleid de komende vier jaar;

-Het jaarplan en jaarverslag van de Student Union ter informatie aan de Universiteitsraad voorgelegd worden;

-De SU op terreinen die niet tot de studentenvoorzieningen gerekend kunnen worden geen beleid aan de UR ter instemming hoeft voor te leggen;

-In de huidige UT-begrotingen en het SU financieel jaarplan geen beleidstekst op de studentenvoorzieningen sport en cultuur staat;

gehoord de toezegging van het college dat:

- Het Strategisch Plan van de Student Union en majeure tussentijdse wijzigingen

hiervan ter instemming aan de Universiteitsraad worden voorgelegd;

- De voorgaande toezegging wordt opgenomen in het UR reglement bij de

eerstvolgende herziening;

besluit:

positief te adviseren ten aanzien van het Convenant Student Union en Universiteit Twente.


Instellingscollegegeldtarieven 2016 – 2017 (UR 15 – 090/UR 15 – 117)

De Universiteitsraad,

gezien:

- UR 15 - 090 Collegegeldtarieven 2015-2016 en 2017-2018;

gehoord:

- de beraadslagingen in de commissie OOS dd. 03-06-2015 en de interne vergadering van 10 juni;

besluit:

positief te adviseren over de Collegegeldtarieven 2015-2016 en 2017-2018.


Verkenning nieuwe Dienst Campus (UR 15 – 102/UR 15 – 123)

De Universiteitsraad,

gezien:

- UR 15 - 098 Verkenning dienst Campus;

- Bijgaande adviezen van de DR FB en de UR-commissie Campus;
- Het advies van de SU ter zake (08 SU advies verkenning dienst Campus);

overwegende dat:

-Een andere inbedding van de Eenheid Campus wenselijk is;

-De dienstverlening binnen de Eenheid campus een duidelijk ander karakter (o.m. gericht op studentenactiviteiten en –organisaties, meer initiërend) heeft dan dat bij het FB;

-De campus potentie biedt om de UT als enige echte campusuniversiteit te profileren indien deze meerwaarde krachtig wordt uitgebouwd;

-De voorgestelde samenvoeging FB-EC met daarbinnen een programmamanager met speciale opdracht en mandaat naar verwachting niet de gewenste doorzettingskracht genereert;

besluit:

te adviseren de samenvoeging FB-EC te heroverwegen en alternatieven te betrekken om een organisatievorm te kiezen die dienstig is aan de doelstelling een levendiger campus met meer verbinding met het primair proces te realiseren.


Het college zal schriftelijk reageren op dit ongevraagde advies.


Nota Kaderstelling 2016 – 2018 en Managementrapportage maart 2015 (UR 15 – 083/UR 15 – 088/UR 15 – 114)

De Universiteitsraad,

gezien:

-De nota Kaderstelling 2016-2018 (UR 15 083);

-De Marap t/m maart 2015 (UR 15 080);

gehoord:

-Het commissie-overleg FPB van 3 juni 2015;

-Dat het college de instemmingsvraag verruimt van alleen hoofdstuk 2 naar de hoofdlijnen zoals beschreven in de gehele kaderstelling 2016-2018;

overwegende dat:

-De instemmingsvraag, vooruitlopend op een wijziging van de veranderende bevoegdheid van de medezeggenschap, éénmalig luidt “in te stemmen met de hoofdlijnen van de begroting zoals deze blijken uit de Kaderstelling 2016-2018”, zonder duidelijke afbakening van het begrip hoofdlijnen;

-Nader overleg voor september 2015 moet leiden tot een structurele interpretatie van instemming op hoofdlijnen van de begroting, zowel centraal als decentraal;

-Zowel primaire onderwijs- als onderzoektaken op vakgroepsniveau door tal van oorzaken onder druk staan en tot een grote werklast en –stress leiden;

-De techniek van de begroting en de keuzes voor specifieke budgetvorming de afgelopen jaren niet heeft geleid tot de benodigde inzet voor de primaire taken binnen vakgroepen;

-De (beperkte) wijzigingen in de universitaire verdeelsystematiek bijdragen aan een grotere stabiliteit, tijdige beschikbaarheid en voorspelbaarheid van de jaarbudgetten;

gehoord de toezeggingen van het college dat:

-De inzet van de besparing van M€ 3 op de rente grotendeels aan het primaire proces ten goede komt en in de Begroting 2016 wordt gespecificeerd.

-Het college alle budgetten, die afgezonderd worden voordat het restant in het verdeelmodel vloeit, bij het opstellen van de Begroting 2016 verantwoordt met duidelijke plannen voor besteding; dit geldt ook voor het budget dat is gereserveerd voor profilering en academische vorming;

besluit: in te stemmen met de hoofdlijnen van de begroting zoals deze blijken uit de
Kaderstelling 2016-2018


Inrichting Facultaire Topondersteuning (UR 15 – 100/UR 15 – 125)

De raad zal zich naar aanleiding van de discussie tijdens de vergadering nader beraden op dit punt.


Schriftelijke Rondvraagpunten (UR 15 – 121)

Het college zal de schriftelijke rondvraagpunten schriftelijk beantwoorden.