Suzanne Hardeman & Sandra Kamphuis

Elkaar leren kennen als huisgenootjes, nu nog steeds beste vriendinnetjes.

Sandra woonde sinds september 1997 in één van de piramides van de Matenweg en Suzanne kwam er in 2000 ook wonen. Allebei te ver van huis om thuis te blijven wonen tijdens de studie. Sandra Brabant en Suzanne Zeeland. Als we samen de trein namen, dan was Su al op de helft als San instapte. 

We hielden en houden allebei van lekker eten. Op zaterdag gingen we dan ook regelmatig naar de markt om verse inkopen te doen om iets meer van het eten te maken dan door de week. We zijn samen op vakantie gegaan naar Turkije (tijdens de studie) en Gran Canaria en Tunesië (na de studie). Met twee andere vriendinnen een weekendje Parijs achter de stedentrip van de studieverenigingen aangeplakt. We hebben de Thalys terug naar huis gemist. Iets met hele drukke metro. We waren met zijn vieren en twee konden de trein zien vertrekken. De andere twee waren nog niet op het station.  Ook vele weekendjes weg naar een welness center (nog steeds gemiddeld ieder jaar). We hebben vele gesprekken gehad over bijna-vriendjes en bijna-af-vriendjes. We hoeven elkaar maar aan te kijken en we weten van elkaar hoe het gaat. Woorden zijn vaak niet nodig. Helaas hebben we ook belangrijke gebeurtenissen in elkaars leven gemist. Su ging in de voorlichtingscommissie (IK) terwijl San het vliegtuig instapte naar Nieuw Zeeland voor haar stage. Su heeft San d’r afstuderen gemist, omdat zij toen in Suriname was. Maar gelukkig hebben we enkele belangrijke gebeurtenissen wel samen meegemaakt, zoals het huwelijk van Su waar San, zwanger, bij aanwezig was. San was één van de twee getuigen. En ook kent San Su als geen ander, toch was San zenuwachtig voor de speech. Bang om het niet perfect te doen voor haar beste vriendinnetje. En de vrijgezellen party vooraf? Alleen San kan Su op zo’n manier naar Utrecht lokken dat ze wel twijfelt, maar toch niets door heeft. Andersom zou het ook zo werken, alleen is San niet getrouwd.

En ook al zien we elkaar nu veel minder dan tijdens de studietijd, we blijven verbonden. Als we een feestje geven, dan mist er toch iets als de ander er niet is. En zien we elkaar niet te weinig? Nee, al willen we het wel meer, we verliezen elkaar niet uit het oog en zeker niet uit het hart.”