Maandag 6 december 2021
Meedenken en meedoen
Jordy: ‘Hé Margo, jouw naam klinkt Duits, maar je spreekt Engels. Vertel eens, waar kom je vandaan?’
Margo: ‘Volgens mijn paspoort ben ik Amerikaanse, maar ik ben opgegroeid in Dakar, Senegal. Rond mijn vijftiende verhuisden we naar Italië, waar ik ook gestudeerd heb. Tegenwoordig wonen mijn ouders in Duitsland, en studeer ik in Nederland.’
Jordy: ‘Zo, wat een reislust! Hoe ben je in Twente terechtgekomen?'
Margo: ‘Met mijn Italiaanse diploma kon ik niet terecht op de universiteiten in Duitsland, omdat ik geen tweede vreemde taal had gestudeerd. Gelukkig kwam ik via mijn moeder in contact met een studieadviseur die de Nederlandse universiteiten goed kent. Ik vertelde haar over mijn interesse in sustainable development en mijn ambitie om de wereld met technologie vooruit te helpen. Daar kwam de UT vrij snel als winnaar uit de bus.’
Jordy: ‘Snap ik! Je hebt dus veel landen en onderwijssystemen gezien. Zit er veel verschil tussen de UT en bijvoorbeeld de high school in Italië?'
Margo: ‘Vind ik wel ja. Het onderwijs in Italië is rechttoe-rechtaan. Docenten behandelen de theorie die je moet kennen en vragen je vervolgens om die te reproduceren. Het challenge based learning van de UT vind ik een stuk interessanter. Daarin kom ik van alles tegen. Ik leer dus ook over onderwerpen die niet direct bij mijn specialisatie horen, maar wel heel nuttig zijn. Het ATLAS-programma biedt ook nog eens een mooie mix van zelfstudie, colleges en projecten waarin we samen aan de slag gaan.'
Jordy: ‘En wat uit die mix werkt het beste voor je?’
Margo: ‘Ik vind het fijn als een course goed gestructureerd in elkaar zit, en tegelijkertijd genoeg vrijheid geeft. Dat ‘wat je moet doen’ vastligt, maar het ‘hoe’ aan jou is. Als ik echt moet kiezen, dan ligt projectonderwijs me het beste. Daarin zie je hoe theoretische concepten in de praktijk uitpakken. In sustainable development engineering gaat het om het spanningsveld tussen onze economische en demografische groei – en de effecten daarvan op onze omgeving, de natuur en de maatschappij. Ik vind het fascinerend om die balans aan de tekentafel al op te zoeken. Zo kun je duurzame, toekomstbestendige innovaties realiseren. Daar gaat het voor mij uiteindelijk om. Dat we met nieuwe kennis de wereld een beetje beter maken.’
Jordy: ‘Mooie ambities heb je. Je klinkt als iemand die de lat hoog heeft liggen. Wat doe je om zelf in balans te blijven?’
Margo: ‘Dat van die lat, dat klopt wel ja. Ik kan best een workaholic zijn. Hoe meer werk je me geeft, des te meer werk ik verzet. Gelukkig heeft de UT veel aandacht voor de balans tussen studie en privé. Daarnaast is onze ATLAS-community een hechte club – we hebben veel steun aan elkaar. In het eerste jaar woonden we zelfs allemaal in hetzelfde gebouw. We hebben elkaar allemaal wel eens in pyjama gezien, haha!
Het campusleven en mijn medestudenten helpen me om af en toe een break te nemen. Bijvoorbeeld door te zwemmen, een potje te voetballen of bas te spelen in ons studentenbandje. Juist door die combinatie kan ik een boel werk verzetten.’
Jordy: ‘Je bent ook lid van het Educational Committee, las ik. Daarin geven ATLAS-studenten feedback over de opleiding en de colleges. Daar ben ik heel benieuwd naar. Hoe pakken jullie dat aan?’
Margo: ‘Ja, dat klopt. Dat vind ik trouwens ook bijzonder aan de UT. Docenten nemen studenten hier heel serieus. Ze willen écht weten wat we ervan vinden en gebruiken onze input ook. Zo heb ik echt invloed op mijn opleiding. In het semester-team delen docenten en studenten elkaars ervaringen en bevindingen.’
Jordy: ‘En hoe zorg je dan voor een representatief beeld? Of laat ik het anders vragen: hoe voorkom je dat een positieve of juist negatieve ervaring als algemene waarheid gaat gelden?’
Margo: ‘Terechte vraag hoor. In onze feedback willen we een zo compleet mogelijk beeld geven van de ervaringen en meningen van studenten. Daarbij zetten we online surveys in. Zo’n survey levert veel informatie op. Probleem is wel dat studenten het vaak niet invullen. En de mensen die het wél invullen zijn vaak heel positief of juist heel negatief. Terwijl je ook de middengroep wilt hebben. Daarom nemen we ook mee wat we in de wandelgangen opvangen.’
Jordy: ‘Kunnen wij als docenten iets doen om meer ingevulde surveys te krijgen?’
Margo: ‘Dat weet ik eigenlijk niet. We doen het eigenlijk zoals we het altijd deden. We accepteren dat niet iedereen meedoet en dat we mensen achter hun vodden moeten zitten. Maar ik denk dat het goed kan werken om deelname te belonen. Studenten krijgen graag iets gratis! Maar zoals je hoort, moeten we daar maar eens goed over nadenken. Studenten en docenten samen, met een kop koffie op de campus?’
Jordy: ‘Goed plan, gaan we doen! En die kop koffie kunnen we dan aanbieden als beloning, Margo!’