In de week van 21 tot en met 25 december vinden in Ravelijn werkzaamheden plaats. Installatiebedrijf Croonwolter&dros begint op maandag 21 december met het plaatsen van verschillende sensoren in de algemene ruimtes van Ravelijn. Croonwolter&dros verwacht dat de werkzaamheden vrijdag 25 december klaar zijn. In dit bericht lees je meer over de werkzaamheden en de sensoren. We vertellen je ook waarom wij deze sensoren plaatsen en bij wie je terecht kunt als je vragen hebt over de werkzaamheden of over de sensoren.
Om wat voor sensoren gaat het?
Het project ‘Ruimtebeheer’ van CES, LISA en CFM is onderdeel het programma ‘Efficiënter gebruik van COV-ruimtes' van CES en CFM. De projectgroep wil in deze pilot op basis van de data die de verschillende sensoren registreren, zorgen voor een efficiënter gebruik van de ruimtes die we in Ravelijn hebben. Bewegingssensoren (aanwezigheids- en bureausensoren) overzien een ruimte. De data laten zien of een ruimte (of de werkplek in die ruimte) gebruikt wordt of niet. Personentellers tellen de personen die een ruimte in komen of juist verlaten. Zo kunnen deze tellers een nog nauwkeurigere schatting geven van het aantal personen in een ruimte. Verder plaatst Croonwolter&dros in een aantal specifieke ruimten geluidssensoren die het geluidsniveau meten. Na afloop van dit pilotproject wordt besloten of ook in andere gebouwen op de campus dit soort sensoren komen te hangen.
Waar komen de sensoren in Ravelijn?
De bewegingssensoren worden opgehangen in alle college- en vergaderzalen, werkgroepruimten, studielandschappen en in het atrium van Ravelijn. Om te testen welke sensoren het beste werken, zijn in drie vergaderzalen (1234, 3411 en 5110) en in drie collegezalen (1501, 2502 en 3334) proefopstellingen ingericht. In zo’n testruimte hangen de bewegingssensoren en de personentellers bij elkaar. De geluidssensoren vind je straks bij de studiewerkplekken: in de open ruimte aan de straatkant (achter de oval office), op verschillende plekken in het atrium en bij het studielandschap op vloer 3. Je krijgt dus geen sensoren in je eigen kantoor. Als je in de bovengenoemde periode echt in Ravelijn moet zijn, dan kan het voorkomen dat je wat overlast van de werkzaamheden ervaart. Wij vragen hiervoor jouw begrip.
En die data?
Alle gegevens die de sensoren genereren, gaan naar een sensordataplatform bij LISA. Deze gegevens bieden meer inzicht in het ruimtegebruik en geven antwoorden op vragen als: hoe worden de verschillende ruimtes gebruikt? Op welke momenten zijn er veel personen in een ruimte en op welke tijdstippen juist minder? En voldoen de ruimtes aan de eisen die we eraan stellen of kunnen we – aan de hand van de data – zien dat er behoefte is aan een ander type werk-, studie- of vergaderruimte? Daarnaast kunnen deze gegevens gebruikt worden voor wetenschappelijk onderzoek dat aan de UT wordt gedaan. Je kunt hierbij denken aan onderzoek dat gedaan wordt naar crowd control of naar hoe we tijdens deze coronacrisis onze ruimtes gebruiken.
Jouw privacy is gewaarborgd
Nu denk je misschien: maar mijn privacy dan? De sensoren zijn zo ontworpen dat jouw privacy gewaarborgd is. Privacy by design is namelijk het uitgangspunt van de projectgroep. De gegevens zijn dus niet te herleiden naar jou als individu. De sensordata worden – vanaf begin volgend jaar - ook gebruikt voor wetenschappelijk onderzoek. Dit gebeurt dus anoniem en is in overeenstemming met de privacyrichtlijnen die de UT hanteert. Bovendien mag een onderzoek dat gebruikmaakt van de data die deze sensoren registreren alleen gedaan worden als dit is goedgekeurd door een ethische commissie.
Meer informatie
Op dit moment werken we aan een website waarop je alle informatie over de sensoren, de data en het project kunt terugvinden. Heb je nu al een dringende vraag over bijvoorbeeld de geplande werkzaamheden? Dan kun je terecht bij de projectmanager van LISA,
Marcella Claase (m.claase@utwente.nl, +31 53 489 9257). Als je een vraag hebt het programma ‘Efficiënter gebruik van COV-ruimtes', dan kun je contact opnemen met Margriet Lindemann, de programmamanager bij CFM/CES (margriet.lindemann@utwente.nl).
