Je werkt tegenwoordig in het MST, wat doe je daar precies?
‘In mijn huidige functie als technisch geneeskundige (TG) richt ik me binnen de afdeling kindergeneeskunde vooral op kinderastma. Dat is mijn specialisatie, maar wel vanuit mijn achtergrond als TG’er. Kort uitgelegd zijn mijn werkzaamheden in te delen in drie categorieën: het leveren van poliklinische zorg, het doen van onderzoek en een stukje innovatie. Momenteel ben ik bij Universiteit Twente betrokken als promovendus en doen we onder meer onderzoek naar thuismonitoring van kinderen met astma.’
Hoe maak jij als TG’er het verschil in deze functie?
‘Door de technische verdieping. Artsen hebben veel ervaring met patiënten en leveren op basis daarvan de beste zorg. Een technisch geneeskundige kan echter met behulp van data nóg gerichtere zorg leveren en vernieuwingen teweegbrengen. Je kunt zeggen dat we een aanvulling zijn op de werkzaamheden van reguliere artsen. Kies je voor deze studie, dan moet je ook echt het streven hebben om de zorg te willen vernieuwen en verbeteren.’
Was het moeilijk om na je opleiding een passende baan te vinden?
‘Voor mij persoonlijk niet, maar dat komt ook omdat ik niet achterover leunde. Aan het einde van mijn afstudeeronderzoek, schreven we verschillende instanties aan om subsidies binnen te halen met als doel het onderzoek daadwerkelijk voort te zetten. Vanuit die positie ben ik er steeds meer dingen naast gaan doen en creëerde daardoor als het ware mijn eigen functie met klinische werkzaamheden. Bij dit proces is het belangrijk dat je een begeleider en een vakgroep hebt die achter innovatie staan en je de kans geven om jezelf te bewijzen. Daarnaast is het vinden van een baan ook afhankelijk van je interesses en intrinsieke motivatie. Als afgestudeerde tg’er heb je een profiel waarmee je overal aan de slag kunt. Maar na je studie direct in het ziekenhuis terechtkomen waar je ook klinische zorg mag leveren, dat is vrij zeldzaam.’
Welke stages deed je?
‘Naast het MST liep ik stage bij de afdeling urologie in het UMC in Utrecht. Ik hield me bezig met het classificeren van uroflowmetriemetingen. Verder heb ik bij Inreda Diabetic in Goor gezeten en deed ik ervaring op binnen de afdeling nefrologie in het Rijnstate ziekenhuis. Mijn werk ging vooral om het meten en analyseren van signalen, waarna je op basis van resultaten een vernieuwing inbrengt. Stagelopen is echt de uitgelezen kans om erachter te komen wat je interessant vindt. Het is goed om per instelling te peilen in hoeverre jij als tg’er een toegevoegde waarde kan zijn in het klinische proces.’
Hoe kijk je terug op je studie?
‘Hoewel het een pittige studie is, liep ik er redelijk makkelijk doorheen. Toch ervoer ik soms ook een gevoel van onzekerheid. Waar kom ik straks terecht? Tijdens mijn stages merkte ik ook dat veel mensen niet weten wat een tg’er nu precies doet en kan. Daarin moet je jezelf wel laten zien. Dat stukje bewijsdrang kan soms lastig zijn, al heb ik wel het idee dat het beeld rondom een tg’er in de loop van de jaren is verbeterd.’
Redactie U-Today, mei 2022