Je begon als onderzoeker, maar besloot later om toch een PhD te gaan doen. Waarom?
‘Ik volgde mijn afstudeerstage in het UMC in Utrecht op de neurologieafdeling, waar ik me bezighield met epilepsiechirurgie. Ik zat daar helemaal op mijn plek en wilde graag blijven, maar dat was financieel niet mogelijk. Om toch te blijven, moest ik mijn eigen subsidie binnenhalen en dat gaat het beste via een PhD. En dat lukte.’
Waar gaat je onderzoek over?
‘We proberen met elektrische stimulatie epileptische aanvallen te onderdrukken bij een specifieke groep epilepsiepatiënten. In de Verenigde Staten gebeurde dat al, maar in Europa nog niet. Bij vijf patiënten hebben we een klein apparaatje in de hersenen geïmplementeerd, waarmee we beter kunnen meten wanneer er een aanval ontstaat. Op dat moment wordt er een elektrisch stroompje gegeven om de aanval te stoppen. We zien dat de behandeling goed aanslaat, dus dat is heel positief.
Je werkt bij SEIN, een tertiaire instelling gespecialiseerd in epilepsie en slaap. Hoe groot is het verschil met een ziekenhuis?
‘Dat verschil is voor mijn gevoel behoorlijk groot. De privé-werkbalans is beter, al kan dat ook door mijn fijne collega’s komen. Een mooi voorbeeld is dat collega’s die op vakantie gaan vaak ook uit de Whatsapp-groep gaan, zodat je er echt even uit bent. Wat ook anders is: een ziekenhuis is heel academisch en publiceren is van groot belang. Dat staat op gelijke hoogte met de zorg voor de patiënt. Bij SEIN is innoveren ook van belang, maar dat is ondergeschikt aan goede zorg voor de patiënt.’
Hoe zien jouw dagen bij SEIN eruit?
‘In het begin was dat best zoeken. Het duurde even voordat ik mijn meerwaarde zag op de werkvloer, maar inmiddels is dat gelukkig wel het geval. Bij de klinische neurofysiologie-afdeling van SEIN richten we ons op epilepsiepatiënten. Ik houd me vooral bezig met het implementeren van innovatie. Mensen met epilepsie houden vaak in een dagboek bij als ze een aanval krijgen, maar die dagboeken zijn vaak incompleet en daardoor moeilijk te gebruiken om grip te krijgen op de epilepsie. Daar probeer ik wat aan te doen door home-based EEG-monitoring laagdrempelig beschikbaar te maken.
Hoe bevalt de combinatie tussen je werk bij SEIN en het afronden van je PhD-onderzoek?
‘Ik zou het huidige TG-studenten niet aanraden, want van een privéleven is bij mij momenteel geen sprake. Ik doe mijn onderzoek sinds kort in de avonduren en werk daarnaast fulltime bij SEIN. Elke keer als ik verder werk aan mijn onderzoek, heb ik het gevoel dat ik weer opnieuw begin. Dat is wel een nadeel.’
Hoe kijk je terug op je studie?
‘Ik heb een fijne studietijd gehad. De vakken bevielen mij goed en de combinatie tussen het medische en het technische sprak mij enorm aan. Wat ik grappig vond: TG-studenten hebben veel dezelfde trekjes. Het leek wel of iedereen heel ambitieus was en constant verder keek dan de studie. Het grootste deel van de studenten was actief in besturen of commissies en bijna iedereen deed ook een bestuursjaar. Echt een verrijking. Ik hield van die enthousiaste omgeving.’
U-Today, Stan Waning, oktober 2023