Maandag 19 Juli 2021
Groots in klein zijn
Rainer: ‘Ha Eduardo! Leuk je weer te zien. We kennen elkaar op professioneel gebied al. Je was mijn Senior University Teaching Qualification (SUTQ) coach en we hebben samen een Massive Open Online Course (MOOC) ontwikkeld. Nu ben ik benieuwd naar je persoonlijke verhaal. Hoe komt een werktuigbouwer bij het Technology Enhanced Learning and Teaching (TELT) team terecht?
Eduardo: ‘Mijn interesse voor het onderwijs begon tijdens mijn studententijd. Ik was de eerste universitair geschoolde in mijn familie. Ik merkte dat het hoger onderwijs ingericht is op mensen met een hogere sociaaleconomische status. Er wordt van uitgegaan dat je zelfstandig, sociaal en initiatiefrijk bent. Dat is lastig, als je dat van huis uit niet meegekregen hebt. Omdat ik het onderwijssysteem inclusiever wilde maken, heb ik na mijn bachelor een tweedegraads onderwijsbevoegdheid gehaald. Ik stond voor het eerst voor de klas tijdens mijn stage in 1996, en dacht: ‘Waarom gebruiken we niet gewoon computers om les te geven?’ Toen heb ik er ook nog een bachelor toegepaste onderwijskunde aan vastgeplakt. Die studie draaide om het implementeren van technologie in het onderwijs.’
‘Na mijn afstuderen ben ik daarmee verdergegaan. Eerst als consultant bij een internetbedrijf, later bij de Nederlandse Politieacademie. En toen was ik toe aan een nieuwe uitdaging. Die vond ik bij de UT; hier kon ik me ontwikkelen als trainer van universitair docenten. En dat doe ik nog steeds, onder andere als SUTQ-coach. Het leuke is dat mijn interesses continu geprikkeld worden, doordat ik docenten vanuit verschillende vakgebieden spreek. Het is mijn uitdaging grootse plannen om te zetten in concrete, behapbare doelen.’
Rainer: ‘Lijkt de rol van consultant niet veel op die van een trainer?’
Eduardo: ‘Ik ontwikkel nog steeds technologische oplossingen voor het onderwijs, maar verder heeft het weinig raakvlakken. Als consultant was ik gericht op het neerzetten van een goed eindproduct. Als trainer maak ik me daar geen zorgen over; dat eindproduct komt er toch wel. Ik kijk liever hoe deelnemers zich tijdens dat proces ontwikkelen als mens en als team.’
‘Daarom vind ik SUTQ-coaching zo leuk. Daarbij werk ik met ervaren docenten, die allemaal al een ontwikkeling doormaakten. En tóch lopen ze wel eens vast. Vaak zie ik bijvoorbeeld dat ze te snel, te veel willen veranderen in het onderwijs. De uitdaging voor mij is om die grootse plannen om te zetten in concrete, behapbare doelen. Ik vind het fantastisch om te zien als docenten dankzij dat stappenplan hun einddoel bereiken.’
Rainer: ‘Dat klinkt logisch. Als docent waardeer ik het enorm, wat jij doet. De coachingsessies zijn waardevol en technologie in het onderwijs is sinds de pandemie natuurlijk relevanter dan ooit. Daarover gesproken: hoe zie jij de toekomst van onderwijs voor je?’
Eduardo: ‘Er is veel animo voor hybride onderwijs: een combinatie tussen online en regulier onderwijs. Dat is zo nieuw, dat het wel even duurt voordat we de mogelijkheden helemaal onder de knie hebben. Maar we kunnen wél alvast de middelen daarvoor ontwikkelen. Zo heb ik in de zomer van 2019 digitale certificaten gemaakt voor onze cursussen. Die hadden we nog niet per se nodig. Totdat de pandemie kwam en ze ineens goed van pas kwamen.’
Rainer: ‘Dus ik hoef niet bang te zijn dat computers mijn werk overnemen?’
Eduardo: ‘Haha, heb je wel eens met de spraak-assistent van je telefoon of tablet geprobeerd te praten? Daar kun je geen fatsoenlijk gesprek mee voeren. Nee, de toekomst staat in het teken van betekenisvolle interacties en daar hebben we toch echt mensen voor nodig.’
‘De rol van de docent zal misschien wél veranderen, doordat veel kennis nu vrij toegankelijk is via het internet. Waar die rol eerder draaide om het overdragen van kennis, zal die steeds meer in het teken staan van het faciliteren van leren. Dat betekent: kleinere groepen en veel aandacht voor discussie en interactie. Zoiets is makkelijker gezegd dan gedaan; het vergt een bepaalde mindset bij docenten en bestuur. Kwaliteit boven kwantiteit. Dat probeer ik ook mee te geven in mijn coachingsessies.’
Rainer: ‘Nu we aan het dromen zijn over de toekomst: Hoe ziet jouw ideale campus er dan uit?’
Eduardo: ‘Ik noem de UT soms een Calimero universiteit, omdat we te veel opkijken naar de grotere technische universiteiten. Onze kracht ligt juist in die kleinschaligheid. Daardoor hebben we oog voor de individuele behoeften van onze studenten. Ik hoop dat dat zo blijft.’
‘En ik zou TELT sterker willen maken met een eigen DesignLab, op de eerste verdieping van de Citadel. Iedereen kan er in- en uitlopen, maar er zitten standaard een paar specialisten. Als je bijvoorbeeld een microlecture wilt opnemen, kun je daar terecht voor tips, advies en feedback. Vervolgens kun je het direct opnemen in de aangrenzende studio. Oh, en als we dan bezig zijn: een mooie, inspirerende ruimte waar je kunt brainstormen met je team.’
Rainer: ‘Vergeet de goede koffie niet, dan kom ik je daar zeker opzoeken als het zover is.”
Eduardo: ‘Leuk! Ben benieuwd wat we samen nog gaan ontwikkelen.’