UR 11-110 Behoud Onderwijskude voor de UT 21 maart 2011

Behoud onderwijskunde voor de Universiteit Twente

Informatie voor de Universiteitsraad

21 maart 2011

Irene Visscher-Voerman, OLD OWK/EST


1. Stand van zaken

-Het CvB ontwikkelt plannen voor de vernieuwing van het bacheloronderwijs; en beoogt een kwaliteitsimpuls voor het masteronderwijs. Tegelijkertijd ziet de UT externe inkomsten vanuit de overheid fors teruglopen.

-Ook de faculteit heeft een begrotingstekort. De decaan GW heeft aangegeven de ‘sterke’ opleidingen te willen behouden, waarbij ‘sterk’ equivalent lijkt te staan voor hoge(re) studentaantallen. Dit ook met het oog op de benodigde bezuinigingen. In de informatie van het CvB naar buiten wordt gesproken over opheffing van de bacheloropleiding Onderwijskunde en het onderbrengen van de masteropleiding Educational Science and Technology bij psychologie.

-In dit document pleiten we voor behoud van de discipline en bachelor- en masteropleiding onderwijskunde (binnen de nieuwe UT-kaders). In het schrijven richt ik me voornamelijk op de bacheloropleiding, omdat die momenteel onderwerp van gesprek is op UT-niveau.


2. Waarom onderwijskunde behouden zou moeten worden voor de UT

a)Ontwerpopleiding

De inrichting van de opleiding sluit goed aan bij de beoogde plannen voor onderwijsvernieuwing: studenten leren vanaf het eerste jaar een ingenieursaanpak toe te passen. Dit doen zij in de vorm van projectonderwijs (‘ateliers’) waarin zij voor externe opdrachtgevers een onderwijskundige oplossing ontwikkelen, met geïntegreerde gebruikmaking van onderzoeks-, ontwerp-, en adviesvaardigheden en theorie die voorafgaand en rond het atelier wordt aangeboden. Binnen de ateliers staat het 3O-concept centraal en is er aandacht voor systematische reflectie als academische vaardigheid -erkend als een van de parels van de opleiding.


b)High tech, Human touch

De discipline onderwijskunde, en ook de opleiding, past zeer goed bij het UT-profiel ‘High tech Human touch. Enkele voorbeelden van onderzoeksprojecten (waarbij het ofwel gaat om High tech with Human touch, danwel om Human touch with High Tech) zijn:

gebruik van virtuele agents in simulatiesoftware: een samenwerking tussen onderwijskundig onderzoekers en onderzoekers van de Informatica Human Media Interaction groep

scoren in de wijk: online taalverbeteringsprogramma ism FC Twente

PictoPal: bevorderen van taal bij kleuters mbv computer

TPACK: bevorderen van ICT-gebruik in het onderwijs door docenten, van verschillende schooltypen VO

21st century skills

Veel projecten hebben betrekking op het science onderwijs


Binnen meerdere onderzoekstrajecten houden onderwijskundigen zich nadrukkelijk bezig met de vraag hoe nieuwe technologieën in zowel bedrijfsomgevingen als het onderwijs zo effectief mogelijk kunnen worden ingezet. Deze inzichten worden gebruikt bij de invulling van het onderwijs, als didactisch middel, en zeker ook als inhoud van de opleiding (zo is er bv. binnen de ateliers expliciet aandacht voor de rol, functie en nut van ICT, zoals websites, multimedia learning, blogs, leeromgevingen).


c)Kwaliteit van de opleiding

Bij de visitatieronde in 2007 werd de bacheloropleiding Onderwijskunde als beste geaccrediteerd. Ook in de laatste editie van de Keuzegids Hoger Onderwijs staat onze Bacheloropleiding Onderwijskunde uit Twente weer bovenaan.


d)Meewerken aan kwaliteitsimpuls van de UT

Onderwijskundigen hebben al jarenlang een traditie in het onderzoeken en realiseren van kwalitatief goed onderwijs. De discipline onderwijskunde heeft daardoor de expertise in huis om het CvB met raad en daad bij te staan bij het ontwikkelen en implementeren van het onderwijsvernieuwingsconcept. Eventueel zou zij flankerend onderzoek kunnen uitvoeren. De beoogde in te stellen leerstoel ‘kwaliteit van het onderwijs’ zou logischerwijze goed bij een van de onderwijskundevakgroepen ingesteld kunnen worden.


e)Landelijke ontwikkelingen

Politiek gezien staat de kwaliteit van het onderwijs hoog op de agenda. Het wetenschappelijk personeel bij de discipline onderwijskunde verricht sinds de oprichting onderzoek naar de effectiviteit van het onderwijs, en ontwikkelt o.a. door ontwerpgericht onderzoek oplossingen voor onderwijskundige vraagstukken. De masteropleiding EST biedt de mogelijkheid voor docenten om zich verder te professionaliseren op masters niveau.

Het rapport van de Commissie De Graaf gaat in op de versnippering en inkrimping van de OWK-opleidingen en vraagt om goede landelijke positionering van OWK.

-Door de ontwerpaanpak profileert de Twentse onderwijskunde zich ten opzichte van de twee andere (nog bestaande) bacheloropleidingen in Utrecht en Amsterdam.

-Er is behoefte aan mensen die praktische onderwijskundige problemen kunnen aanpakken en oplossen. Twentse onderwijskundigen kunnen daar een uitstekende rol in vervullen.

-Let wel de onderwijskunde wordt in het rapport de Graaf vooral gezien in relatie tot het reguliere onderwijs en niet in relatie tot het bedrijfsleven – zie verder). Het is realistisch te veronderstellen dat de vraag naar onderwijskundigen verder zal toenemen, bv. tbv verdere professionalisering van het onderwijsveld (zie hiervoor bv. het onlangs verschenen advies van de onderwijsraad).


f)Regiofunctie

De discipline onderwijskunde vervult een spilfunctie in de regio. Zij heeft nauwe samenwerkingsverbanden met het Nationaal Expertisecentrum Leerplanontwikkeling (SLO) en met CITO. Zij is een van de partners binnen Twente School of Education en werkt, ook samen met Elan, aan het professionaliseren van docenten (ontwerpteams, datateams, masterprogramma). Een ander voorbeeld van samenwerking in de regio is het project samen met FC Twente ‘scoren in de wijk’, waarin gewerkt wordt aan verbetering van de taalvaardigheid van leerlingen in achterstandswijken, met behulp van computersimulaties en spellen.


g)Bedrijfsleven

Onderwijskundigen leveren niet alleen bijdragen aan de verbetering van het reguliere onderwijs, maar ook aan het oplossen van oplossingsproblemen in het bedrijfsleven. Twentse onderwijskundigen zijn gewild; ook tijdens de huidige crisis vinden pas afgestudeerden nog steeds snel een baan. In advertenties wordt vaak specifiek gevraagd naar Toegepaste Onderwijskundigen, ofwel Onderwijskundigen uit Twente. Er zijn een groot aantal kleinere en grotere onderwijskundige bedrijven opgericht door Twentse onderwijskundigen (valorisatie). Het electronische leersysteem Teletop is opgericht door onderwijskundigen, en wordt wijd verspreid gebruikt.


h)Internationale reputatie

Er lopen meerdere samenwerkingsverbanden, o.a. met University of Ghent, King’s College London, Harvard, University of Georgia, USA. Twentse onderwijskundigen staan internationaal zeer goed aangeschreven. De ‘Twente approach’ wordt door collega's in binnen- en buitenland zeer gewaardeerd. Zowel in onderwijs- en opleidingspraktijk als in het wetenschappelijk onderzoek is men lovend over onze sterke combinatie van wetenschappelijk onderzoek en praktijkoplossingen.


i)Financiële situatie

Sinds afgelopen jaar wordt binnen de faculteit een strikte scheiding gehanteerd tussen de financiële middelen voor onderwijs en onderzoek.

Situatie opleidingen Onderwijskunde/EST:

oDoor de kleine instroom in de bacheloropleiding wordt momenteel een tekort gerealiseerd. Berekeningen met het OnderwijsVerdeelModel (OVM), volgens welke docenten worden betaald naar inspanning en niet naar het aantal SEC, laten zien dat de huidige onderwijsuitvoering (met intensief onderwijs binnen de ateliers en enkele andere opdrachtvakken) bij 20 studenten tot een gemiddeld verlies van 26.000 euro leidt.

oUitgaande van 20 studenten wordt dit tekort vanaf komend studiejaar omgezet in een klein overschot, door onderdelen van het premasterprogramma te laten indalen in de bachelor. Concreet betekent dit dat er 5 vakken gecombineerd zullen worden aangeboden.

oDe huidige opzet van de masteropleiding kent 55.000 tekort volgens de berekeningen met het OVM. Er ligt een plan klaar voor een nieuwe masteropzet die financieel uitkan volgens de normen van het OVM, o.a. door het inperken van het aantal keuzevakken. De verdere inhoudelijke uitwerking van de nieuwe opzet van de master zou per direct van start kunnen gaan. De status van de besluitvorming hierover binnen de faculteit is nog niet afgerond en onduidelijk.

oVolgens de berekeningen met het OVM zijn de financiële tekorten van de opleidingen dus oplosbaar volgens reeds genoemde maatregelen. De financiële controller GW maakt daarentegen berekeningen die uitkomen op een tekort van -174.000 (ong 2 fte) voor de opleidingen onderwijskunde/EST. Hoe deze berekeningen zo sterk kunnen verschillen van de berekeningen volgens het OVM wordt momenteel uitgezocht. Feit is dat door de plannen voor de master een teruggang van ongeveer 2 fte wordt beoogd, waardoor dit tekort gematcht zou kunnen worden.

Situatie vakgroepen

oDe twee OWK-vakgroepen die alleen aan de onderwijskunde toeleveren hebben de afgelopen jaren steeds een financieel overschot gehad (ter illustratie het overschot van deze vakgroepen in 2010 was 44.000 en 110.000 euro, bij een tekort van de faculteit GW van 1.032.000 euro).

oDe drie andere vakgroepen die bij Onderwijskunde betrokken zijn, maar ook toeleveren aan de opleidingen psychologie/communicatiewetenschap hadden in 2010 een tekort (OP&HRD minus 96.000; OMD minus 77.00; IST minus 260.000). Welk deel daarvan specifiek voor onderwijskunde komt, is onduidelijk.

oDoor de strikte scheiding tussen onderwijs- en onderzoeksinkomsten binnen GW op te heffen, kan de discipline onderwijskunde desgewenst mogelijk een belangrijke bijdrage leveren aan het verminderen van de tekorten door lage onderwijsinkomsten.

Door uitvoering te geven aan de plannen van o.a. commissie de Graaf t.a.v. taakverdeling en concentratie van Onderwijskunde, kan de UT zich sterker profileren als een Onderwijskunde-opleiding, terwijl de andere universiteiten zich meer richten op een combinatie van Onderwijskunde en Lerarenopleiding of pedagogiek.


3. Mogelijkheden voor behoud van de opleiding Onderwijskunde aan de UT

Binnen de huidige GW-bacheloropleidingen heeft 40 EC aan vakken een generieke inhoud, maar worden deze vakken niet altijd op hetzelfde moment aangeboden. Daarnaast hebben de opleidingen vakken die een generieke aanpak hebben, maar een domein specifieke invulling (bijvoorbeeld de ontwerpvakken). Er zijn daarom voldoende mogelijkheden voor het gezamenlijk aanbieden van (een groot deel van) de propedeuse. Hierdoor kan een flinke efficiency slag gemaakt worden, die voor de faculteit financieel aantrekkelijk is. Na een gezamenlijke propedeuse, die waar mogelijk inhoudelijk ingaat op drie huidige vakgebieden Onderwijskunde, Communicatiewetenschappen en Psychologie en waarin opdrachten domein specifiek kunnen zijn, kunnen studenten dan kiezen voor een van de drie majors Onderwijskunde, Communicatiewetenschappen en Psychologie. Deze opzet zal in belangrijke mate overeenkomen met de huidige bachelors. Voordelen van deze 'brede' propedeuse is dat studenten zich goed kunnen oriënteren op de disciplines en gemakkelijk kunnen 'switchen'.

Deze drie majors kunnen worden aangeboden onder de GW-naam Behavior & Technology (naar analogie van Science & Technology voor de technische wetenschappen binnen de UT). Het is daarbij belangrijk dat de drie bacheloropleidingen het eigen uitstroomprofiel (=CROHO, diploma) behouden. Op deze manier kunnen zowel de breed geïnteresseerden worden aangesproken (om een opleiding te komen studenten op het domein van behavior & technology) als ook de specifiek geïnteresseerden worden geworven (voor een van drie discplines).

oPsychologie heeft belang bij een eigen CROHO-nr:

om landelijk en door de beroepsvereniging, als volwaardige psychologie-opleiding serieus te worden genomen.

om aan de strenge beroepsregistratie te voldoen; in de opleiding zou slechts beperkte ruimte overblijven voor Onderwijskunde, wanneer zij onder een psychologie-registratie zou moeten vallen (het smaldeel van leren en cognitie).

oOnderwijskunde heeft belang bij eigen CROHO-nr:

om de huidige breedte te kunnen handhaven. Als enige universiteit in Nederland wordt Onderwijskunde over de volle breedte van het domein aangeboden. Psychologie kent een beroepsregistratie met strenge criteria; in de opleiding zou slechts beperkte ruimte overblijven voor Onderwijskunde, wanneer zij onder een psychologie-registratie zou moeten vallen (het smaldeel van leren en cognitie).

Om zichtbaar te blijven voor diegenen die specifiek op Onderwijskunde afkomen.

oCommunicatiewetenschappen heeft belang bij een eigen CROHO-nr:

Om zichtbaar te blijven voor diegenen die specifiek op Communicatiewetenschappen afkomen.

In de gezamenlijke vakken zou, met name bij die modules waarin het ontwerpen centraal staat, een belangrijke rol kunnen zijn weggelegd voor onderwijskundigen, gegeven de lange ervaring op dit gebied. Dit zou kunnen bijdragen aan vermindering van het docententekort bij Psychologie.