nieuwsbrief 2007-06-12

Nieuwsbrief Universiteitsraad 12 juni 2007


Tijdens het overleg heeft de raad ingestemd met de accreditatieaanvraag voor de opleiding “Master of Environmental and Energy Management” en het convenant CvB-UR-OPUT, waarin de taken van het OPUT en de URaad duidelijker zijn afgebakend. In de rondvraag werd aandacht gevraagd voor een aantal gesignaleerde problemen: taalproblemen die internationale studenten ondervinden als zij lid van een medezeggenschapsraad worden, de nadelen van een mogelijke overgang van cateringpersoneel naar een externe cateraar bij uitbesteding en problemen bij de mogelijke overgang van de opleiding BIT van EWI naar MB.


Positief advies slotregularisatie 2006

Gedurende het begrotingsjaar 2006 is een groot bedrag aan extra rijksmiddelen binnengekomen, ondermeer om de gestegen lonen en prijzen te compenseren. De slotregularisatie verdeelt deze middelen binnen de begroting van de UT. De URaad adviseerde positief, nadat het college had toegezegd in het vervolg al bij de begroting rekening te houden met de loon- en prijsontwikkeling en de te verwachten compensaties van het Rijk daarvoor.


De onderzoeksnota: besluitvorming uitgesteld

URaad en college zijn het in grote lijnen eens over de inhoudelijke keuzes van het onderzoeksbeleid, zoals de organisatie van het onderzoek in multidisciplinaire onderzoekinstituten en speerpuntvorming binnen instituten.

De discussie spitste zich wederom toe op de bestuurlijke organisatie. Waar het college spreekt over het “afhechten van rafeltjes van de kantelingoperatie”, ziet de URaad het voorstel als een belangrijke wijziging van het kantelingbesluit en van het gekozen financiële verdeelmodel uit 2002. De raad ziet in de verschuiving van de zeggenschap over alle onderzoeksmiddelen naar de WD-en en in de noodzakelijke bestuurlijke afspraken van decaan met betrokken WD-en een aantal gevaren. De afhankelijkheid van de decaan en van het onderwijs wordt (te) groot. Integraal beleid t.a.v. onderwijs, onderzoek en personeel wordt sterk afhankelijk van deals en op die deals is geen medezeggenschap mogelijk. De (meerderheid van de) URaad is in zijn mening gesterkt door een bijeenkomst met afgevaardigden van instituutsraden en faculteitraden. In ruime meerderheid sprak men zich toen uit tegen het instemmen met de onderzoeksnota in deze vorm. UReka gaf aan wel met het collegevoorstel in te stemmen.

Na enige discussie bood het college aan de instemmingvraag aan te houden tot het geplande extra overleg op 26 juni 2007. Dat maakt nader overleg over de nota mogelijk. Daarbij kan een aantal aspecten worden betrokken:

De uitwerking van de voorstellen in het nieuwe Bestuur en Beheers Reglement en het gewijzigde verdeelmodel, die ook op de agenda voor 26 juni staan.

Verbeteren positie en zichtbaarheid van instituutsraden.

Transparantie afspraken tussen decaan en WD-en en medezeggenschap erop.

Toetsbare scheidsrechtersrol van het college en medezeggenschap erop.


Bespreking van de algemene gang van zaken aan de UT, in aanwezigheid van de Raad van Toezicht in de persoon van de voorzitter, de heer van Amerongen en mevr. Sorgdrager.

Ten aanzien van het onderwerp “begroten en reorganiseren” wees Gert Brinkman op de grote verschillen tussen begroting en realisatie van de reorganiserende faculteiten TNW en EWI en van de UT als geheel. Als er geen reële begrotingen en dito meerjarenramingen worden opgesteld, zal het draagvlak voor pijnlijke ingrepen als reorganisaties wegsmelten. Van Ast gaf namens het college aan dat het begroten en ramen beter kan en moet. Verbeteringen zullen met ingang van het begrotingsjaar 2008 worden doorgevoerd, dus hij verwacht ook voor het lopende jaar 2007 nog wel een forse plus ten opzichte van de begroting.

Martijn van Andel ging in op de “eeuwige” discussie over de bevoegdheden van de medezeggenschap en maakte daarbij onderscheid tussen beleidsvoorbereiding het beleid zelf en de uitvoering van het beleid. De medezeggenschapsbevoegdheden hebben vooral betrekking op het beleid, maar zonder concrete en zorgvuldige uitvoering verwatert beleid en verliest het draagvlak in de organisatie.

Stefan van Nierop verzocht het college in de toekomst meer en eerder studenten te betrekken bij het opstellen van plannen. Bij de reorganisatie van de dienstverlening hebben studenten uit de URaad regelmatig aan de bel moeten trekken om mee te mogen doen in de planvorming.

De heer van Amerongen maakte melding van een discussie binnen de RvT over zijn samenstelling. Bij het voordragen van nieuwe leden zal met nadruk gezocht worden naar mensen met achtergrond in en kennis van onderwijs en wetenschappen. Mevrouw Sorgdrager benadrukte dat de RvT weliswaar vooral met het college over de gang van zaken op de UT spreekt, maar dat daarbij zeker ook de goed gedocumenteerde inbreng van de URaad wordt gebruikt.



Indien u deze nieuwsbrief niet meer of juist wel wilt ontvangen, mail dit dan aan

mailto:info@uraad.utwente.nl