UR 10-100 Wijziging Statuten en Bestuursreglement Stichting 3TU.Federatie

RR/MKK TECUN - 0005

Concept 4, d.d. 16 februari 2010


CTR 2870






STATUTENWIJZIGING

STICHTING FEDERATIE 3 TECHNISCHE UNIVERSITEITEN




Heden, ## tweeduizend tien, verscheen voor mij, meester Renatus Martinus Rieter, notaris met plaats van vestiging 's-Gravenhage:

##

De verschijnende persoon verklaarde:

I. HUIDIGE STATUTEN

Stichting Federatie 3 Technische Universiteiten, een stichting opgericht naar Nederlands recht, statutair gevestigd in de Gemeente Delft, met adres Cornelis Drebbelweg 9, 2628 CM Delft, ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel voor Den Haag onder nummer 27296421 (de "Stichting"), werd opgericht en haar statuten werden vastgesteld bij akte op tweeëntwintig januari tweeduizend zeven voor meester S. van der Waal, notaris met plaats van vestiging 's-Gravenhage, verleden. De statuten van de Stichting luiden op heden niet anders dan zoals zij bij voormelde akte werden vastgesteld.

II. BESLUIT TOT WIJZIGING VAN DE STATUTEN

Blijkens drie (3) aan deze akte gehechte schriftelijke besluiten hebben de Colleges van Bestuur van Technische Universiteit Delft, de Technische Universiteit Eindhoven en de Universiteit Twente (deze instellingen hierna ook tezamen te noemen: de "Technische Universiteiten"), de goedkeuring tot wijziging verleend aan het bestuur van de Stichting, nadat zij het voorstel tot statutenwijziging ter voorafgaande advisering hebben voorgelegd aan de medezeggenschapsraden van de Technische Universiteiten.

Vervolgens heeft het bestuur van de Stichting, blijkens het aan deze akte gehechte schriftelijke besluit (het "Besluit"), besloten de statuten van de Stichting te wijzigen en de verschijnende persoon te machtigen deze akte te doen passeren en te tekenen.

III. WIJZIGING VAN DE STATUTEN

De verschijnende persoon verklaarde vervolgens ter uitvoering van het Besluit de statuten van de Stichting zodanig te wijzigen dat de artikelen 6, 12, 14 en 17 van deze statuten zullen luiden als volgt:

" BESTUUR: SAMENSTELLING; BENOEMING EN ONTSLAG

Artikel 6.

6.1 De Stichting heeft een Bestuur, ook genaamd Algemeen Bestuur.

6.2 De leden van het Algemeen Bestuur worden benoemd door het Algemeen Bestuur, met inachtneming van het bepaalde in de volgende zin. Het Algemeen Bestuur draagt er zorg voor dat de leden van de drie (3) Colleges van Bestuur van de Technische Universiteiten worden benoemd tot lid van het Algemeen Bestuur.

6.3 Het Bestuur kent naast het Algemeen Bestuur een Dagelijks Bestuur. Het Dagelijks Bestuur wordt gevormd door de drie (3) Voorzitters van de Colleges van Bestuur van de Technische Universiteiten, dan wel - ingeval van belet of ontstentenis - de plaatsvervangend Voorzitters of Vice-voorzitters van bedoelde Colleges, dan wel een ander lid van bedoelde Colleges.

6.4 Het voorzitterschap van het Bestuur berust bij een Voorzitter die zowel voorzitter van het Algemeen Bestuur als voorzitter van het Dagelijks Bestuur is. De Voorzitter wordt gekozen door het Dagelijks Bestuur uit zijn midden volgens een door het Dagelijks Bestuur op te stellen systeem van roulerend voorzitterschap. Het roulatiesysteem voorziet in een zittingstermijn van twee (2) jaar, waarna een ander lid van het Dagelijks Bestuur voor een periode van twee (2) jaar tot Voorzitter zal worden benoemd. Het Dagelijks Bestuur heeft de bevoegdheid van deze werkwijze af te wijken.

6.5 Indien een lid van het College van Bestuur van een Technische Universiteit wordt geschorst, is hij daarmee tevens geschorst als lid van het Algemeen Bestuur en/of Dagelijks Bestuur van de Stichting. Wordt zodanige schorsing opgeheven, dan is daarmee ook de schorsing als bestuurslid van het Algemeen Bestuur en/of Dagelijks Bestuur opgeheven.

6.6 Het lidmaatschap van het Algemeen Bestuur en/of Dagelijks Bestuur eindigt:

a. door overlijden;

b. door vrijwillig aftreden;

c. doordat het betreffende lid surséance van betaling aanvraagt, doordat hij failliet wordt verklaard, of doordat de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen op hem van toepassing wordt verklaard;

d. doordat het betreffende lid onder curatele wordt gesteld of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest;

e. doordat het betreffende lid geen deel meer uitmaakt van het College van Bestuur van een van de Technische Universiteiten;

f. door ontslag door de rechtbank om gewichtige redenen.

6.7 Ingeval de Voorzitter tijdens zijn zittingstermijn aftreedt, zal het Dagelijks Bestuur in onderling overleg in de tussentijdse vervulling van de vacature voorzien.

BESTUURSCOMMISSIES

Artikel 12.

12.1 De Stichting heeft de volgende Bestuurscommissies:

a. de Bestuurscommissie Onderzoek belast met het gestalte geven aan en toezicht uitoefenen op de samenwerking en planvorming van de Technische Universiteiten op onderzoeksgebied, ook genaamd: “3TU.Onderzoek”, welke onder meer vorm zal krijgen in de Centres of Competence en Centres of Excellence zoals hierna ook omschreven in Artikel 14;

b. de Bestuurscommissie Onderwijs belast met het gestalte geven aan en toezicht uitoefenen op de samenwerking en planvorming van de gezamenlijke Technische Universiteiten op onderwijsgebied, ook genaamd: “3TU.Onderwijs”; en

c. de Bestuurscommissie Kennisvalorisatie belast met het gestalte geven aan en toezicht uitoefenen op de samenwerking en planvorming van de Technische Universiteiten op het gebied van kennisvalorisatie, ook genaamd: “3TU.Valorisatie".

12.2 De Bestuurscommissies verschaffen het Dagelijks Bestuur tijdig en regelmatig informatie en adviezen met betrekking tot hun portefeuille.

12.3 De Bestuurscommissies stellen ten minste één (1) keer per jaar een nota op betreffende de stand van zaken en de voortgang van de samenwerking op hun gebied.

12.4 In de Bestuurscommissie Onderzoek hebben zitting de portefeuillehouders Onderzoek van de Colleges van Bestuur van de Technische Universiteiten.

Omtrent de vervulling van het voorzitterschap van de commissie zijn bepalingen opgenomen in het Bestuursreglement.

12.5 In de Bestuurscommissie Onderwijs hebben zitting de portefeuillehouders Onderwijs van de Colleges van Bestuur van de Technische Universiteiten.

Omtrent de vervulling van het voorzitterschap van de commissie zijn bepalingen opgenomen in het Bestuursreglement.

12.6 In de Bestuurscommissie Kennisvalorisatie hebben zitting de portefeuillehouders Kennisvalorisatie van de Colleges van Bestuur van de Technische Universiteiten.

Omtrent de vervulling van het voorzitterschap van de commissie zijn bepalingen opgenomen in het Bestuursreglement.

CENTRES OF EXCELLENCE. CENTRES OF COMPETENCE

Artikel 14.

14.1 De Bestuurscommissie Onderzoek heeft tot bijzondere taak het toezien op het functioneren van door de Technische Universiteiten gezamenlijk te vormen Centres of Competence en Centres of Excellence en hun besturen.

14.2 In de Centres of Competence:

- bundelen als zodanig herkenbare vakgenoten van de 3 TU’s hun krachten en stemmen hun inspanningen en zwaartepunten op elkaar af;

- kunnen ook vakgenoten van andere universiteiten of instituten meewerken;

- worden - met uitzondering van het Centre for Ethics and Technology - de Centres of Excellence ingebed die zich op bijzondere onderzoeksprojecten en - programma’s binnen het desbetreffende vakterrein richten.

14.3 Als eerste vijf Centres of Competence zullen worden gevormd:

- CoC High Tech Systems;

- CoC Netherlands Institute of Research on ICT (“NIRICT”);

- CoC University Research Group on Sustainable Energy Technologies (“URGENT”);

- CoC Applications of NanoTechnology; en

- CoC Fluid and Solid Mechanics.

14.4 Als eerste zes Centres of Excellence zullen worden gevormd:

- 3TU.Centre for Intelligent Mechatronic Systems;

- 3TU.Centre for Dependable ICT Systems;

- 3TU.Centre for Sustainable Energy Technologies;

- 3TU.Centre for Multiscale Phenomena;

- 3TU.Centre for Bio-Nano Applications; en

- 3TU.Centre for Ethics and Technology.

14.5 Ieder Centre of Competence heeft een bestuur dat wordt gevormd door de decanen van elk van de drie TU’s die het meest betrokken bij het desbetreffende vakgebied zijn. Voorts heeft ieder Centre of Competence een wetenschappelijk directeur die de werkzaamheden binnen het Centre of Competence met inbegrip van de daarbinnen bestaande Centres of Excellence, voor zover die geen eigen wetenschappelijk directeur hebben, coördineert en het CoC-bestuur terzake adviseert.

14.6 Het CoC-bestuur kiest uit zijn midden een voorzitter. Deze voorzitter is niet werkzaam bij dezelfde Technische Universiteit als de wetenschappelijk directeur van het Centre of Competence.

14.7 Het bestuur van een Centre of Competence is tevens bestuur van de Centres of Excellence binnen het desbetreffende Centre of Competence.

14.8 Het CoC-bestuur stelt de precieze afbakening van het Centre of Competence voor aan de Bestuurscommissie Onderzoek, doet voorstellen voor nieuwe programma’s en ontwikkelt een voorstel voor een leerstoelenstrategie.

14.9 Het CoC-bestuur stelt de voorstellen vast met unanimiteit van alle in functie zijnde leden. Ieder lid van het CoC-bestuur heeft één (1) stem. Bij ontbreken van unanimiteit komt geen voorstel tot stand en zal het CoC-bestuur het onderwerp voorleggen aan de Bestuurscommissie Onderzoek.

14.10 Voorstellen van de besturen van de Centres of Competence/Centres of Excellence ten aanzien van de volgende onderwerpen worden aan de Bestuurscommissie Onderzoek voorgelegd:

- de bestuurlijke inrichting van de CoC’s en CoE’s;

- afbakening van de CoC-domeinen; en

- de leerstoelenstrategie.

14.11 De Bestuurscommissie Onderzoek zal de in het vorige lid genoemde voorstellen van advies voorzien en neerleggen bij het Dagelijks Bestuur. Het advies is in unanimiteit opgesteld.

STATUTENWIJZIGING

Artikel 17.

17.1     Het bestuur is bevoegd de statuten te wijzigen, na verkregen goedkeuring van de Colleges van Bestuur van de Technische Universiteit Delft, de Technische Universiteit Eindhoven en de Universiteit Twente.

17.2     Alvorens de Colleges van Bestuur tot goedkeuring zullen overgaan, zullen zij de voorgestelde wijziging(en) ter advisering voorleggen aan de medezeggenschapsraden. Het bestuur neemt kennis van de door de medezeggenschapsraden uitgebrachte adviezen.

17.3    Bij de oproeping tot een Algemeen Bestuur vergadering waarin een statutenwijziging zal worden voorgesteld, dient een afschrift van het voorstel, bevattende de woordelijke tekst van de voorgestelde wijziging, te worden gevoegd.

17.4    De statutenwijziging treedt eerst in werking nadat daarvan een notariële akte is opgemaakt.

17.5    De procedure tot wijziging van het bestuursreglement is nader omschreven in het het bestuursreglement.".

IV. SLOTVERKLARING

De verschijnende persoon is mij, notaris, bekend.

WAARVAN AKTE, in minuut verleden te 's-Gravenhage, op de datum in het hoofd van deze akte vermeld.

Alvorens over te gaan tot verlijden van de akte, heb ik, notaris, aan de verschijnende persoon mededeling gedaan van de zakelijke inhoud van de akte en daarop een toelichting gegeven en daarbij tevens gewezen op de gevolgen die voor de partij uit de inhoud van de akte voortvloeien.

De verschijnende persoon heeft daarna verklaard van de inhoud van de akte kennis te hebben genomen na daartoe tijdig tevoren in de gelegenheid te zijn gesteld, daarmee in te stemmen en op volledige voorlezing van de akte geen prijs te stellen.

Onmiddellijk na beperkte voorlezing is deze akte door de verschijnende persoon en mij, notaris, ondertekend.