7. Nota Collegegeldtatieven 2007-2008



AGENDAPUNT: Inschrijvingsregeling UT 2007-2008

DIC-kenmerk: 374.122


Achterliggende stukken

Geen.

Doel agendapunt:

Advies UR m.b.t. het voorgenomen besluit van het CvB t.a.v. de vaststelling van de collegegeld­tarieven UT 2007-2008.

Toelichting bij besluit College van Bestuur


1. Inleiding

M.b.t. de collegegeldtarieven is m.i.v. 2007-2008 nieuw dat voor bachelor studenten niet EER
(niet Europese Economische Ruimte) een verhoogd instellingstarief zal gaan gelden.
Hierover is in 3TU verband overeenstemming bereikt. Het beleid voor de verhoogde instellings­tarieven voor master studenten niet EER - dat in 2005-2006 voor het eerst is ingezet - wordt gecontinueerd.


Per academisch jaar dient het College van Bestuur de collegegeldtarieven en de bijbehorende Inschrijvingsregeling vast stellen. Dit gebeurt na een advies van de Universiteitsraad na een daartoe voorgenomen besluit van het college.

De laatste jaren is het moment van vaststelling van de collegegeldtarieven steeds eerder komen

te liggen. Advisering over en vaststelling van de collegegeldtarieven en de Inschrijvingsregeling

2006-2007 vonden plaats in december 2005. Met name internationale studenten oriënteren

zich al in een zeer vroeg stadium over de studiemo­ge­lijkheden van een (master)opleiding aan de

UT en het is daarbij van belang dat de collegegeldtarieven die behoren bij een inschrijving

aan een opleiding aan de UT tijdig bekend zijn.

M.i.v. het studiejaar 2005-2006 golden voor het eerst de verhoogde collegegeldtarieven voor de niet-EER studenten voor de masteropleidingen. Gelet op o.a. de uitkomsten zoals besproken in
3 TU-verband zijn instellingstarieven voor niet-EER studenten voor het studiejaar 2006-2007 gehandhaafd t.o.v. het studiejaar 2005-2006.

T.a.v. de bachelortarieven voor de niet-EER studenten is toen in 3 TU verband afgesproken om gezamenlijk deze tarieven nog nader te gaan afstemmen. Voor het studiejaar 2006-2007 werd besloten - ook conform het advies van de Universiteitsraad - voor de niet-EER studenten de wettelijke tarieven voor de bacheloropleidingen te handhaven.


Thans is aan de orde de vaststelling van de collegegeldtarieven 2007-2008. Daarover heeft afstemming binnen 3 TU verband plaatsgevonden.


Voorgesteld wordt op dit moment nog niet te komen met een al dan niet herziene Inschrijvings­regeling 2007-2008 i.v.m. de ontwikkelingen m.b.t. de totstandkoming van de nieuwe Wet op Hoger Onderwijs en Onderzoek. Afhankelijk van de Besluit­vorming en het invoeringstraject zou vooral de invoering van de zgn. leerrechten wellicht nog van invloed kunnen zijn op de Inschrij­vingsregeling 2007-2008.










2. 3 TU 0verleg

Binnen het bestuur van de 3TU Graduate School is ingestemd met voorstellen van de Projectgroep Internationalisering 3TU om met ingang van het academisch jaar 2007-2008 de collegegelden voor studenten uit niet EER-landen bij de 3 technische universiteiten op elkaar af te stemmen.


In de werkgroep Internationalisering is voorgesteld de volgende procedure te hanteren:

Voor 1 juni 2006 wordt het tarief vastgesteld voor 2007-2008 (tariefstelling zie hieronder).

Uitgegaan wordt van een jaarlijkse indexering van het tarief conform de indexering voor het wettelijk tarief.

Jaarlijks wordt 17 maanden voor aanvang van het betrokken collegejaar (in april) het tarief opnieuw vastgesteld. Van de jaarlijkse indexering zal alleen worden afgeweken als ontwikkelingen in de markt hiertoe aanleiding geven.

Voor studenten niet EER die in studiejaar 2006-2007 voor een BSc-opleiding staan ingeschreven dient per instelling een overgangsregeling opgesteld te worden.

Afwijkingen zijn mogelijk:
- voor opleidingen die buiten het samenwerkingsgebied van de 3TU vallen;

- als zij volgen uit wettelijke regelingen en overeenkomsten, zoals Joint Masters en gedeelde MSc-opleidingen;

- in het kader van Honours Tracks.

Voor het academisch jaar 2007-2008 wordt door het bestuur van de 3TU Graduate School voorgesteld de volgende collegegelden voor studenten uit niet EER-landen te hanteren:

In 3 TU verband voorgestelde tuition fees 2007-2008


Bachelor niet-EER

5000

Master niet-EER

8310


Hoogte Master niet EER-tarief:

Voor TU/E en UT betekent dit een verhoging (gelijk aan de wettelijke indexering). Voor TUD een feitelijke verlaging omdat niet wordt geïndexeerd ten opzicht van het tarief van 2006-2007.



3. Implementatie UT

Het is nu zaak om de tarieven aan de UT te implementeren.

Wettelijke tarieven
T.a.v. het wettelijke collegegeldtarief wordt het beleid van de afgelopen jaren gecontinueerd, waarbij uiteraard rekening moet worden gehouden met de voor het studiejaar 2007-2008 (nog aan te kondigen) indexering van de wettelijke tarieven (verhoging 2006-2007 was 1,54% i.c.
€ 23). Evenals voorgaande jaren wordt voorgesteld de tarieven van deeltijdstudenten en extraneï met dezelfde indexering aan te passen.

Hoogte tarief niet EER master
Lijkt geen probleem aangezien dit een voortzetting van bestaand beleid is.













Hoogte tarief niet EER bachelor
De hoogte van de fee is nieuw. Ook het hogere bachelortarief valt evenwel in feite onder de implementatie van bestaand beleid: ook voor de bachelors ontvangt de UT straks geen bekostiging meer.
Voor de hoogte van de tarieven is destijds door Werkgroep Tuition fee (voorjaar 2004,
Cie. prof. T. Mouthaan) een berekening gemaakt die voor zowel bachelor als master geldt.
Om strategische en marktoverwegingen is nu gekozen voor een iets lager tarief voor de bachelors dan voor de masters.

De kosten voor intake en begeleiding van buitenlandse studenten zijn even hoog voor bachelor- als voor masterstudenten. Tot nu toe werd een tarief gehanteerd op of even boven het wettelijk tarief, hetgeen betekent dat het stijgend aantal niet-EER bachelor-studenten, zeker na het wegvallen van de bekostiging in 2007, onevenredig zwaar drukt op de begroting.

Uit marktoverwegingen is voor een lager bachelor tarief gekozen t.o.v. het mastertarief. Verwachting is dat een bachelortarief van boven de 8000 euro de 3TU’s uit de Nederlandse en de internationale markt zouden prijzen (denk vooral aan de Scandinavische buurlanden en Duitsland). Bij 5000 euro betalen studenten voor een gehele driejarige bachelor ongeveer evenveel als voor de tweejarige master.

De 3 TU’s zijn niet de eersten: uit recente overzichten blijkt dat meerdere Nederlandse universiteiten een BSc-tarief van rond de 5000 euro hanteren.


Voorgestelde tuition fees 2007-2008 UT


master bèta niet-EER (voltijd, deeltijd, duaal)

€ 8310

master alfa gamma niet-EER (voltijd, deeltijd, duaal)

€ 6320

bachelor bèta niet EER (voltijd, deeltijd, duaal)

€ 5000

bachelor alfa-gamma niet EER (voltijd, deeltijd, duaal)

€ 3804


Hierbij is - evenals dat vorige jaren het geval was - een splitsing gemaakt tussen enerzijds de bèta opleidingen en de alfa/gamma opleidingen. Voor de alfa/gamma opleidingen ligt het tarief in dezelfde mate lager t.o.v. de bèta opleidingen als dat verhoudingsgewijs in vorige jaren het geval was.


Voor niet EER studenten die voor een bachelor opleiding in het studiejaar 2006-2007 staan ingeschreven geldt een overgangsregeling( analoog als thans in artikel 8 lid 9 van de Inschrijvingsregeling UT 2006-2007 is opgenomen). Deze luidt als volgt:


Overgangsbepalingen voor bachelor studenten uit niet EER-landen:
”Studenten die in het studiejaar 2006-2007stonden ingeschreven voor een bacheloropleiding aan de UT worden in staat gesteld om de opleiding waarvoor men in het studiejaar 2006-2007 stond ingeschreven af te ronden tegen het wettelijke collegegeldtarief met dien verstande dat deze overgangsregeling geldt voor de termijn van de nominale studieduur + 1 jaar gerekend vanaf de eerste inschrijving voor die betreffende opleiding.
Indien studenten overstappen naar een andere bacheloropleiding dan waarvoor men in het studiejaar 2006-2007 stond ingeschreven, komt bovenstaande overgangsbepaling te vervallen”.


Deze overgangsbepaling zal worden opgenomen in de Inschrijvingsregeling UT 2007-2008.













CONCEPT-BESLUIT Universiteitsraad

De Universiteitsraad


Gezien:
- de eerdere CvB besluiten van de afgelopen jaren m.b.t. de vaststelling van de collegegeldtarieven in het algemeen en de tuition fees in het bijzonder;

-het besluit van het CvB 19 december 2005 - na een positief advies van de Universiteits-

raad - waarbij de collegegeldtarieven voor het academisch jaar 2006-2007 zijn vastgesteld;

- het voorgenomen besluit van het CvB van 11 april 2006 luidend:

“1. De collegegelden 2007-2008 worden als volgt vastgesteld:



2007-2008

(tarief 2006-2007)

Wettelijk tarief voltijdse inschrijving (EER)

€ 1519,- (+index)

(€ 1519,-)

Duale inschrijving (EER)

€ 1519,- (+index)

(€ 1519,-)

Deeltijdse inschrijving (EER)

€ 1105,- (+index)

(€ 1105,-)

Extraneus (EER)

€ 918,- (+index)

(€ 918,-)

----------------------------------------------------------

---------------------

------------------------

Instellingstarief I :inschrijving bachelor
niet EER bèta (voltijd, deeltijd, duaal)



€ 5000,-

(€ 1519,-)

Instellingstarief II: inschrijving bachelor
niet EER alfa/gamma (voltijd, deeltijd, duaal)


€ 3804,-

(€ 1519,-)

Instellingstarief III: bèta
masteropleiding,
voltijd, deeltijd, duaal,

(niet EER)
zie ook overgangsbepalingen

€ 8310,-

(€ 8150,)

Instellingstarief IV: alfa - gamma masteropleiding,
voltijd, deeltijd, duaal,

(niet EER)
zie ook overgangsbepalingen

€ 6320,-

(€ 6200,-)

Instellingstarief V:

- European Studies;
- Industrial Design & Manufacturing
(onderdeel van Mechanical Engineering) .

€ 4740,-
€ 8310,-


(€ 4650,-)
(€
5705,-)










2. Voor niet EER bachelor studenten die in het studiejaar 2006-2007 staan ingeschreven wordt de volgende overgangsregeling getroffen:

”Studenten die in het studiejaar 2006-2007stonden ingeschreven voor een bacheloropleiding aan de UT worden in staat gesteld om de opleiding waarvoor men in het studiejaar 2006- 2007 stond ingeschreven af te ronden tegen het wettelijke collegegeldtarief met dien verstande dat deze overgangsregeling geldt voor de termijn van de nominale studieduur + 1 jaar gerekend vanaf de eerste inschrijving voor die betreffende opleiding.
Indien studenten overstappen naar een andere bacheloropleiding dan waarvoor men in het studiejaar 2006-2007 stond ingeschreven, komt bovenstaande overgangsbepaling te vervallen”.
3. Dit voorgenomen besluit wordt voor advies voorgelegd aan de Universiteitsraad.
4. De hoogte van de collegegelden UT 2007-2008 en de overgangsregeling worden opgenomen in de Inschrijvingsregeling UT 2007-2008 welke op zijn beurt wordt opgenomen in het Studentenstatuut UT”.


Gehoord:

- de beraadslagingen.


Overwegende:

- jaarlijks dient het College van Bestuur de collegegeldtarieven en de bijbehorende Inschrijvingsregeling vast te stellen. Reeds nu dient het collegegeldtarief voor het studiejaar

2007-2008 vastgesteld te worden. Immers m.n. internationale studenten oriënteren zich al in een zeer vroeg stadium over de studiemogelijkheden aan de UT;

- op dit moment kan nog niet worden gekomen met een al dan niet herziene Inschrijvingsregeling 2007-2008 i.v.m. de ontwikkelingen m.b.t. de totstandkoming van de nieuwe Wet op Hoger Onderwijs en Onderzoek. Afhankelijk van de Besluit­vorming en het invoeringstraject zou vooral de invoering van de zgn. leerrechten van invloed kunnen zijn op de Inschrijvingsregeling 2007-2008;
- t.a.v. het wettelijke collegegeldtarief wordt het beleid van de afgelopen jaren gecontinueerd met toepassing van de wettelijke indexering;
- t.a.v. de hoogte van het tarief voor de niet EER master studenten wordt het beleid dat de afgelopen jaren is ingezet gecontinueerd;
- t.a.v. de hoogte van het tarief voor de niet EER bachelor studenten wordt om strategische - en marktoverwegingen gekozen voor lager bachelor tarief t.o.v. het mastertarief;

- het voorgenomen besluit is in lijn met de afstemming binnen het bestuur van de 3TU Graduate School n.a.v. de voorstellen van de Projectgroep Internationalisering 3TU;

- voor niet EER bachelor studenten die in het studiejaar 2006-2007 staan ingeschreven wordt een overgangsregeling getroffen;
- voor IDM (Industrial Design & Manufacturing) in de nieuwe opzet deze een volwaardige track binnen WB wordt en niet EER master studenten die Twente als home universiteit kiezen de ”gewone” fee dienen te betalen;

- de UR heeft adviesrecht t.a.v. het voorgenomen besluit van het CvB tot vaststelling van de collegegelden.


Besluit:

Positief te adviseren t.a.v. het voorgenomen CvB besluit van 11 april 2006.