UTStichting Faculty ClubProbus Regiodag achter de IJssel in 2011

Probus Regiodag achter de IJssel in 2011

Verslag van de Probus Regiodag achter de IJssel


Onze Probusclub “Regge en Dinkel” viert dit jaar haar 4e lustrum. Dat was voor ons reden om op donderdag 19 mei 2011 de regiodag te organiseren.

De Universiteit Twente bestaat in september 50 jaar en zal daaraan, ook naar buiten toe, aandacht besteden. Daarom was zij bereid een groot deel van het programma van de regiodag verzorgen. De “Stichting Faculty Club van de Universiteit Twente” wilde als gastheer van leden van de probusclubs optreden, maar niet alleen uit Twente maar uit heel Overijssel met daarbij Oost Gelderland en Zuid Drente. Het thema werd “De Universiteit Twente als Ontmoetingsplaats”.


In augustus vorig jaar werd door de Voorbereidingscommissie, bestaande uit 3 leden van onze probus club en een medewerker van de Stichting Faculty Club een draaiboek opgesteld. Met hulp van de Stichting Probus Informatie Centrum werden E-mail adressen van secretarissen van probusclubs uit het doelgebied verzameld en aangeschreven.

Daarnaast werden excellente vakgroepen op de universiteit uitgenodigd samenvattingen voor excursies aan te leveren. Deze werden gescreend en verbeterd zodat deze wervend waren voor mensen, die geïnteresseerd zijn in nieuwe technische ontwikkelingen en de invloed daarvan op onze maatschappij, zonder zelf vaktechnici te zijn.


De belangstelling was groot. Maar omdat de excursies aan een maximum van 15 deelnemers waren gebonden konden slechts 2 leden per club van de 42 probus clubs worden geplaatst. Uiteindelijk kwam een bijzonder dagprogramma tot stand. Een minutieus draaiboek kon worden uitgevoerd met medewerking van een groot aantal leden van onze club.


Bij de inschrijving werd elke deelnemer voorzien van een badge met naam en probus club en twee onderscheiden gekleurde stickers, die overeenkwamen met de kleur van de toegewezen excursies. Elke deelnemer kon van tevoren zijn voorkeur aangeven aan 2 van de 6 excursies. Daarmee werd zoveel mogelijk rekening gehouden.


Na een kop koffie en thee bij aankomst werd het ochtend programma geopend door onze voorzitter Bob Verhoog, die o.a. de gastvrijheid van de universiteit in dank memoreerde.



Daarna volgde een inleiding door prof. Dr. W.H.M. Zijm, hoogleraar Supply Chain Management die de positie van de Universiteit Twente als ondernemende researchuniversiteit en bron van innovatie schetste.

Naast het baanbrekend technisch wetenschappelijk onderzoek kwam de relatie met de maatschappijwetenschappen en het Instituut voor Geo-Informatiewetenschap en Aardobservatie ter sprake.


Vervolgens gaf prof. Dr. ir. Van den Berg een inleiding over nanotechnologie voor de gezondheidszorg. Nieuwe nanofabrikagetechnieken hebben het mogelijk gemaakt om nanodeeltjes en nanostructuren uiterst precies te fabriceren. Daarnaast is een groot aantal technieken ontwikkeld om vloeistof en deeltjes transport op zeer kleine schaal nauwkeurig te manipuleren. Na een korte introductie van de begrippen “Nanomedicine” en “Lab-on-Chip” werd ingegaan op verschillende toepassingsmogelijkheden van deze nieuwe technologieën in de gezondheidszorg. Nanodeeltjes zijn bv. van groot belang bij iets zichtbaar maken en gerichte medicatie toediening. Met behulp van micro- en nanokanaaltjes kunnen medische instrumenten worden gebouwd voor bijvoorbeeld controleren van medicijnen of “biomarkers”(anatomische, fysiologische, biochemische of moleculaire parameters in verband met de aanwezigheid of ernst van specifieke ziektebeelden) in bloed, zoals in het voorbeeld van de lithium chip voor thuismeting door manisch-depressieve patiënten. Daarnaast werd een vruchtbaarheidschip gepresenteerd die de concentratie van zaadcellen in zaadvloeistof kan bepalen, terwijl ook een nieuw concept voor het detecteren van DNA mbv nanodraadjeswerd getoond. Dit laatste onderzoek wordt uitgevoerd in het kader van de ontwikkeling van een nanopil, die voor het vroegtijdig opsporen van darmkanker kan worden gebruikt. Tenslotte werd vooruitgekeken naar toekomstmogelijkheden die nanotechnologie en “Lab-on-a-Chip” kunnen bieden bij keuze van juiste medicijn (personalized medicine), de ontwikkeling van nieuwe medicijnen en het testen van de giftigheid van nanodeeltjes.


Na de twee inleidingen werden de aanwezigen door Ruud Werner geïnstrueerd over de excursies, die direct daarna startten in groepen van 15 à 16 personen. Trekkers met een vlaggetje in de kleur van de desbetreffende excursie en duwers voerden de deelnemers door het doolhof van de “cité universitaire”. De deelnemers werden ruim voorzien van flesjes water om dorstte lessen tijdens de een uur durende excursies.

De eerste excursie werd bezocht vanuit “de Waaier”. De tweede na de lunch vanuit het restaurant van de Faculty Club in de boerderij van de architect Blom, die ook de Hengelose kashba ontwierp..


De onderstaande zes excursies werden dus tweemaal aangeboden:

1. Nieuwe beeldvormende techniek voor de geneeskunde!

De echografie – die berust op geluidsgolven – is al langer gemeengoed in de geneeskunde. De vakgroep “Biomedical Photonic Imaging” ontwikkelt nieuwe technieken met lichtgolven. Met lasers en lichtimpulsen worden van buitenaf beelden gemaakt van plaatsen in het lichaam.

Men maakte kennis met de Fotoakoestische Mammograaf. Dit apparaat wordt gebruikt voor betere screening op tumorweefsel bij borstkankeronderzoek. Niet meer pijnlijk en veel nauwkeuriger dan het huidige onderzoek. Als het meezit doet deze mammograaf binnenkort zijn intrede in het ziekenhuis.

Verder werd gedemonstreerd hoe de doorbloeding aan de oppervlakte van de huid wordt gemeten. Belangrijk bij brandwonden, transplantatie en plastische chirurgie. De chirurg kan zien of het lichaamsweefsel voldoende doorbloed is tijdens zijn werk. Dat gaat met de “Twente Optical Perfusion Camera”. Die camera is nu nog te duur voor gebruik in een ziekenhuis. De vakgroep heeft als uitdaging de camera goedkoper te maken zonder verlies aan prestatie.

Dit alles toonde de wondere wereld van het licht en wat dat in de medische zorg kan betekenen.

2. Eiwitonderzoek

Bij de ziekte van Parkinson en von Alzheimer sterven zenuwcellen af in een bepaald deel van de hersenen. Deze ziekten treffen vooral ouderen. Tot nu toe is de behandeling beperkt tot verzachting van de symptomen.

Een gemis aan kennis over de oorzaken van deze ziekten van het zenuwstelsel staat de ontwikkeling van een succesvolle behandeling in de weg.

Uit hersenonderzoek bij overleden Parkinson patiënten blijkt dat aangetaste delen van de hersenen grote hoeveelheden samengeklonterd eiwit bevatten. De vakgroep “Nanobiophysics” houdt zich bezig met de oorzaak van de ziekte van Parkinson. Door toepassing van een combinatie van geavanceerde microscopische, spectroscopische en biochemische technieken komt er inzicht in de structuur en samenstelling van deze eiwitkluwens. Op deze wijze worden eiwitten op moleculair niveau bestudeerd. Zo wordt inzicht verkregen over het vroegste stadium van ziekteprocessen in het menselijk brein.

Zo maakte men kennis met onderzoek naar de ziekte van Parkinson.

Wat is de normale biologische functie van het eiwit? Hoe kunnen die samengeklonterde eiwitten schade toebrengen aan zenuwcellen?

Een kijk werd geboden op moleculair niveau waarbij men deze eiwitten met twee verschillende microscopen kon waarnemen. De deelnemers kregen uitleg over wat men zag en welk belang dat heeft voor het onderzoek.


3. Het virtual reality laboratorium: de T-XChange Cell .

“Virtual reality“ laat, met behulp van een computermodel van de werkelijkheid, een nagebootste omgeving zien. De unieke T-XChange Cell is een ruimte, waarin met behulp van virtual reality aan ontwerpers en beslissers nieuwe manieren worden aangeboden om inzicht te krijgen in allerlei ingewikkelde situaties en processen.

Beslissers kunnen op verschillende manieren de werkelijkheid naspelen ofwel simuleren om zo tot goede besluitvorming te komen. Denk bijvoorbeeld aan besluitvorming in een crisiscentrum of rond een alternatief voor de luchthaven Twente.

De beleving in de “Cell” is het spelen van een spel dat leidt tot nieuwe inzichten bij de deelnemers. Dat heet “serious gaming”. Op een interactieve manier bepalen de spelers samen de uitkomst. De effecten van besluiten zijn direct zichtbaar. Zo ontstaat sneller een betere oplossing, die tevens draagvlak binnen de groep heeft.

Virtual reality wordt als ontwerpmethode ingezet om processen en producten efficiënter en beter te ontwikkelen. Het is een hulpmiddel in het scheppen van orde in een ondoorzichtig en complex ontwerpproces en het stimuleert creativiteit.

De deelnemers konden een simulatie in de T-XChange Cell zèlf beleven!


4.Robotica.

Een robot ontwikkelen is heel ingewikkeld. Er moeten daarbij verschillende functies op elkaar worden aangesloten. Een robot moet niet alleen kunnen lopen en met zijn handen zwaaien, maar ook opdrachten uitvoeren zoals iets inspecteren of gezichtsuitdrukkingen nabootsen.

Een robot bestaat dus uit verschillende onderdelen met een eigen functie. Het onderling afstemmen van al die onderdelen maakt robottechniek zo ingewikkeld.

Men maakte kennis met meer dan 30 jaar vernieuwend onderzoek naar het op elkaar afstemmen van verschillende elektronische systemen en onderdelen.

Resultaten van onderzoek zijn bijvoorbeeld:

- een kunstmatig tastorgaan voor een operatierobot. Hiermee voelt de chirurg op afstand wat de robot voelt in bij voorbeeld de buik van een patiënt.

- een robot die zich als een slang door een pijp voortbeweegt en een inspectie uitvoert, handig in ondergrondse pijpleidingen.

- vliegende robots voor inspectie van gevaarlijk terrein.

- natuurlijk lopende robots die veel minder energie verbruiken dan voorgangers zoals de Japanse Asimo robot.

Lopende projecten door de vakgroep Regeltechniek werden gedemonstreerd.

Men kon zelf een “Segway” proberen: een zelfbalancerend elektrisch vervoermiddel voor één persoon. Door afstemming van de wielen, aandrijving en besturing valt deze ‘step’ op twee wielen niet om en is heel wendbaar.

Een verrassend resultaat door knappe afstemming van functies!


5. Nanotechnologie is de techniek, die het mogelijk maakt om materialen op moleculair en zelfs atomair niveau te bewerken (één nanometer is één miljoenste millimeter). Dat opent een nieuwe wereld met een breed veld van toepassingen. Door het herschikken van atomen en moleculen is het mogelijk nieuwe materialen te maken.

In het nanolab maakten de deelnemers kennis met het ontwerpen en de aanmaken van nieuwe materialen voor de energiesector. Onderzoekers speuren naar doorbraken in de huidige technologie om betere producten te maken die minder energie vragen. Denk aan betere zonnecellen en batterijen. Nieuw materiaal wordt gemaakt uit bestaand materiaal dat voor de onderzoeker interessante eigenschappen heeft. Door beschieting met een laser worden atomen “losgemaakt” en in laagjes gestapeld. Dat proces van beschieting verloopt zeer gecontroleerd.

Nieuwe materialen worden daarna getest op de gewenste eigenschappen.

Men kon met een veiligheidsbril op over de schouder meekijken naar het werk van studenten en onderzoekers.


6. Slimme biobrandstof werd op een nieuwe manier gemaakt uit biologisch/organisch afval. Organisch afval wordt hierbij niet vergist tot biogas maar “gekraakt “. Kraken is sterk verhitten zonder zuurstof. Bij dat kraken ontstaat olie. Deze olie wordt, zoals aardolie, geraffineerd tot benzine, kerosine of diesel.

Oliebrandstoffen blijven nodig voor de luchtvaart en het zware wegtransport.

Deze transportsegmenten kunnen voorlopig niet overschakelen op elektriciteit, zoals bij personenauto’s. De slimme biobrandstof kan echter op termijn de uitputbare fossiele brandstoffen vervangen.

Een belangrijk voordeel is dat er geen gewassen, zoals koolzaad en granen

verbouwd hoeven te worden voor de energieproductie. Nu is dat wel zo,

en concurreren deze gewassen met die voor de voedselproductie!

De productie van “kraakolie” uit organisch afval is goedkoper dan productie van wind- of zonne-energie. Daarom is deze technologie op termijn een sleutel voor duurzame energie zonder het negatieve effect op voedselproductie.

Zo kon kennis worden gemaakt met het onderzoek door “IMPACT”! De onderzoekers vertelden wat er gebeurt in de proeffabriek en hoe deze technologie een succes kan worden.


Na de ochtendexcursies werd na een korte wandeling door de buitenlucht verzameld in het restaurant van de Faculty Club, waar een buffet klaarstond. Iedereen kon een plaats aan de verschillende tafels vinden en de lunch, aangeboden door de Stichting Faculty Club werd in geanimeerde sfeer genuttigd.


Na de middag werden de tweede serie excursies gevolgd.



De dag werd tegen vier uur afgesloten met een gezellige borrel. Ook weer aangeboden door de Faculty Club.

Tijdens de borrel demonstreerden studenten van het Solar Team Twente een model van hun zonneauto waarmee zij in november naar Australië gaan om deel te nemen aan de World Solar Challenge 2011.

Een met aanstekelijk enthousiasme gebracht einde van een boeiende dag!

En de voorbereidingscommissie prees zich tenslotte gelukkig dat geen BHV’ers in actie hebben hoeven te komen.